“Weinig mensen weten waarom 1 juli een feestdag is”

Gepubliceerd op: 29 juni 2023

Keti Koti. De ketenen verbroken. Zo heet de Surinaamse feestdag die op 1 juli het slavernijverleden herdenkt en de vrijheid viert. Maar Keti Koti gaat niet alleen maar over het Surinaamse verleden, zeggen APG-medewerkers Irina Ligeon en Yogita Rambocus. “Nederland en Suriname delen een gemeenschappelijke geschiedenis. Maar de meeste Nederlanders weten daar heel weinig van.”

 

Keti Koti, officieel de Dag der Vrijheden, is in Nederland een betrekkelijk jonge feestdag. Pas sinds de millenniumwisseling worden er in de grote steden – Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht – feestelijke activiteiten georganiseerd om de stopzetting van de slavernij in Suriname en de Caribische Eilanden te herdenken. Nederland schafte die in zijn koloniën op 1 juli 1863 bij wet af, maar toch moesten de tot slaaf gemaakten nog tien jaar doorwerken op de plantages. Pas op 1 juli 1873 brak het werkelijke moment van hun vrijheid aan. Dat is nu 150 jaar geleden, reden voor een speciaal Herdenkingsjaar. De komende twaalf maanden worden er door het hele land heen festiviteiten georganiseerd.

Irina Ligeon (allround medewerker Pensioenuitvoering) en Yogita Rambocus (pensioenspecialist) zullen bij verschillende activiteiten aanwezig zijn. Voor Irina start dat op 30 juni, de Dag van Besef, als op het Surinameplein in Amsterdam om acht uur ’s avonds het slavernijverleden met onder meer muziek, bloemen en twee minuten stilte wordt herdacht. “Ik ga daar al een aantal jaren naartoe”, vertelt ze. “Maar het is niet zó officieel. We staan er meestal met een kleine groep mensen.” En anders dan bij de Nationale Dodenherdenking rijdt het verkeer gewoon door. Eigenlijk illustreert dat laatste in een notendop hoe weinig die mensonterende koloniale periode nog leeft voor Nederland, ooit de grootste handelaar in slaafgemaakten. Alle excuses van burgemeesters en de regering ten spijt.

 

Weinig bewustzijn
Irina en Yogita verbazen zich vaak over dat fundamentele gebrek aan kennis. Of misschien is ‘gebrek aan bewustzijn’ wel een betere omschrijving. Irina: “Laatst vroeg ik tijdens de lunch aan mijn collega’s of ze wisten wat 1 juli voor een dag is. Na lang nadenken kwam één collega erachter. Maar als je in het kader van de Wet toekomst pensioenen zou vragen waar 1 juli voor staat, dan weet iedereen binnen APG dat meteen.”
“Het is een gemeenschappelijke geschiedenis die we delen, en níet alleen de historie van de Surinamers in Nederland”, benadrukt Yogita. Zij emigreerde als zesjarige met haar ouders vanuit Suriname naar Nederland.
Irina is een geboren en getogen Amsterdammer, maar de wieg van haar ouders stond wel in Suriname, toen nog een Nederlandse kolonie. “Als mensen tegen mij zeggen ‘Wat spreek je goed Nederlands’, dan denk ik: duh! Het Nederlands is in Suriname geïntroduceerd, dus zo gek is dat niet.”

Op zoek naar een beter leven

Yogita: “Het is leuk dat mensen bami, nasi en roti eten, maar het is ook goed om te weten hoe het komt dat we zoveel Indonesische restaurants in Nederland hebben. Of waarom verschillende bevolkingsgroepen ervoor gekozen hebben om hier te komen wonen. Zij kwamen naar Nederland voor een beter leven, net zoals de Nederlanders naar Suriname, Indonesië en de Caribische Eilanden gingen om daar welvarender van te worden in Nederland. Dat bereikten zij door het land te exploiteren en handel te drijven. Het zou ook fijn zijn als we niet steeds weer hoeven uit te leggen dat er in Suriname niet alleen maar mensen wonen met Afrikaanse roots. De vader van bijvoorbeeld zwemster Ranomi Kromowidjojo is van Surinaams-Javaanse afkomst. En presentator Humberto Tan heeft Chinees en Creools bloed.”

 

Ze zet de Surinaamse vlag op tafel en legt uit dat Indianen de oorspronkelijke bewoners waren. De vijfpuntige ster in het midden van de vlag symboliseert de inheemse bevolking, Afro-Surinamers, Hindostanen, Javanen en Chinezen die samen de huidige bevolking van Suriname vormen. Ook de kleuren van de vlag hebben hun eigen betekenis. Het groen staat voor de vruchtbaarheid van het land, wit voor gerechtigheid, vrede en vrijheid en rood voor vooruitgang.

 

Multiculturele afkomst

“Het is dit jaar ook 150 jaar geleden dat de eerste Hindostanen naar Suriname kwamen om, na de afschaffing van de slavernij, het werk op de plantages over te nemen”, vervolgt Yogita. “Zij werden als contractarbeiders gelokt met de belofte dat zij daar een fantastische toekomst konden opbouwen. Dus veel mensen besloten om de oversteek te maken, met dezelfde boten waarmee eerder de slaafgemaakten van Afrika naar Suriname werden vervoerd. De Hindostanen moesten ook heel hard werken op de plantages, in erbarmelijke omstandigheden en tegen een hongerloontje. Zij konden daarna naar India terugkeren of een stukje grond krijgen waarop ze verder konden leven. Die geschiedenis maakt deel uit van mijn persoonlijke afkomst. Behalve Indiase zitten er trouwens ook Portugese, Nederlandse, inheemse en Afrikaanse voorouders in mijn stamboom.”

 

De herdenkingsplechtigheden op 1 juli waren in haar jeugd overigens niet echt een item. “De onafhankelijkheid van Suriname in 1975 en de decembermoorden in 1982 speelden bij ons thuis een grotere rol. Als kind hoorde ik mijn vader daar vaak over praten. Ik kan me niet herinneren dat we naar de herdenking op 1 juli gingen, maar Onafhankelijkheidsdag, op 25 november, vierden we altijd wel met de hele familie.”

 

Weten wie je bent

Ook bij de familie van Irina kwam het slavernijverleden niet vaak ter sprake. “Ik ben zelf op zoek gegaan naar meer informatie, bij gebrek aan geschiedenislessen op school met betrekking tot de slavernij. Thuis was het een soort taboe. Dat is jammer, maar ik denk dat het komt omdat niemand graag over pijnlijke dingen praat. 1 juli kreeg ik wel van kleins af aan mee, dat vierden we altijd. In Suriname is dat sowieso een officiële feestdag. Hier moet je er vrij voor vragen.”

 

Yogita: “Toen ik zelf moeder werd, ging ik nadenken over wat ik mijn dochter wilde meegeven. Ik wil dat zij weet waar ze vandaan komt, waarom we hier wonen en wat haar geschiedenis is. Daarom ben ik bijvoorbeeld samen met haar naar een theatervoorstelling gegaan waar iemand van Surinaamse origine verhalen vertelde over de invloed van het (slavernij)verleden op je familiegeschiedenis. En op 30 juni wordt er in het Griftpark in Utrecht – mijn woonplaats – een herdenkingsmonument van kunstenaar patrica kaersenhout onthuld. Daar ga ik ook naartoe.

Verder reis ik om de vier à vijf jaar met mijn dochter een paar weken naar Suriname. Ook zij moet het land leren kennen. Er woont daar bovendien nog veel familie van ons.”

Datzelfde geldt voor Irina. “Ik ben blij dat mijn ouders mij regelmatig hebben meegenomen naar Suriname. Niet dat ik al mijn familie daar goed ken, maar het voelt toch als thuiskomen. Als ik in Suriname ben ga ik naar Vierkinderen, de plantage, naar de plekken waar mijn voorouders vandaan komen. Dan groet ik: ‘Bar a doti wan odi’. Dat betekent dat je de grond groet en eert. Mijn navelstreng ligt daar ook begraven.”

 

Samen activiteiten ondernemen

Zoals gezegd worden er een jaar lang verschillende activiteiten georganiseerd om het slavernijverleden landelijk te herdenken. De officiële aftrap vindt op 1 juli plaats bij het Monument van het Nederlands Slavernijverleden en Erfenis in het Amsterdamse Oosterpark. Behalve burgemeester Femke Halsema zullen ook koning Willem-Alexander, koningin Màxima en minister-president Rutte daarbij aanwezig zijn. De plechtigheid wordt vanaf 14.00 uur live uitgezonden via NPO1, Radio 1 en NOS.NL. Na de herdenking opent het 15e Keti Koti Festival in Amsterdam met verschillende muziek- en dansoptredens, traditionele maaltijden, lezingen, films en een Caribische markt.

Behalve in Amsterdam vinden ook in Rotterdam, Utrecht, Groningen, Den Haag en Tilburg Keti Koti Festivals of herdenkingsevenementen plaats.

 

Dat brengt ons terug naar APG. Het zou goed zijn als APG in 2023 en 2024 ook aandacht aan de gezamenlijke historie van Nederland en Suriname besteedt, vinden Irina en Yogita.

Irina: “We werken voor deelnemers en werkgevers die allemaal hun eigen achtergrond hebben. Ook op de werkvloer zie je steeds meer ‘kleur’. Dat kan nog beter, maar we zijn tenminste wel bezig met inclusiviteit.”

Die inclusiviteit zou je ook best terug mogen zien in aandacht voor cultureel gebonden feestdagen en evenementen. “Er is nu voor het eerst tijdens de ramadan een iftar voor de medewerkers georganiseerd”, vertelt Irina. Dat is de maaltijd die gedurende de vastenmaand direct na zonsondergang door moslims wordt genuttigd.

 

Keti Koti Tafel

Dus misschien is bijvoorbeeld een ‘Keti Koti Tafel’ bij APG ook een goed idee? “Daarbij voeren mensen die elkaar niet kennen, samen een ritueel uit. Met als doel verbinding te krijgen”, verklaart Irina.

“Dit gebruik is geïnspireerd op de joodse sederavond”, legt Yogita uit. “Mensen komen bij elkaar, gebruiken samen een maaltijd en ondertussen bevragen ze elkaar. Wat betekent vrijheid voor jou? Waarom ben jij hier? Zo kun je met een onbekende praten over wat iemands drijfveren zijn. Idealiter zit er een gemengde samenstelling aan tafel. Je luistert oprecht naar elkaars geschiedenis en deelt wat bepaalde dingen voor je betekenen. Het hoeven geen zware onderwerpen te zijn. Maar een Keti Koti Tafel is ook niet per se laagdrempelig.”

 

Zo’n uitwisseling van verhalen, herinneringen, gevoelens en visies kan een belangrijke stap vormen om de onderlinge empathie en het begrip te vergroten, en daarmee een meer inclusieve samenleving te bereiken. Het helpt je om je te verplaatsen in de ander.

Waar het Irina en Yogita in de eerste plaats om gaat, is het verminderen van de onwetendheid van hun omgeving over de gedeelde historie. “150 jaar klinkt lang geleden, maar dat is het eigenlijk niet, hoor”, zegt Irina. “Het is het verleden van jouw en onze overgrootouders.”

 

 

 

Meer weten over de Keti Koti Tafel? Zie www.ketikotitafel.nl