“Voorlichting en scholing zijn essentieel om financiële onafhankelijkheid te bereiken”

Gepubliceerd op: 12 juli 2023

In bijna driekwart van de Nederlandse gezinnen neemt één van de partners de volledige financiële administratie voor zijn of haar rekening. Qua inzicht in het huishoudboekje staat de andere partner daardoor al snel met 1-0 achter. Dat schreeuwt om meer gelijkwaardigheid. Oud-politica Naima Azough signaleert bovendien dat praktisch opgeleiden en mensen met een migratie-achtergrond extra veel moeite met financiële zaken en instanties hebben. “Alles met papieren kan angst opleveren. Belastingen, pensioen, verzekeringen: men vindt het sneller eng.”

Als Topvrouw van het jaar zet Annette zich dit jaar in om de financiële onafhankelijkheid van Nederlandse vrouwen op de kaart te zetten. Als onderdeel hiervan wandelt zij met een aantal vrouwen die nauw bij dit onderwerp betrokken zijn, om perspectieven uit te wisselen. Deze inzichten neemt Annette mee in het schrijven van het manifest dat in september aan de politiek aangeboden wordt.

 

Financiële onafhankelijkheid bereik je niet alleen door voldoende geld te verdienen. Het begint veel simpeler: namelijk met inzicht in en betrokkenheid bij de huishoudelijke administratie. Op de hoogte zijn van zaken als de hypotheek of huur, gas en elektriciteit, leningen, toeslagen, verzekeringen, belastingen en andere belangrijke financiële documenten. Weten welke rekeningen er liggen. In een ideale wereld regelen partners hun huishoudboekje samen, maar in de praktijk ligt dat toch even anders. Volgens onderzoek van het Nibud neemt in bijna 70 procent van de huishoudens één van de twee partners de volledige financiële administratie op zich. Bij 50-plussers is dat overwegend de man – als het om een traditionele relatie gaat.

 

Kortom, in feite moet bijna driekwart van de Nederlandse inwoners – dus niet alleen vrouwen – aan de bak om een gelijkwaardiger grip op de gezinsfinanciën te veroveren. De vraag hoe je zoiets kunt stimuleren, is echter niet makkelijk te beantwoorden. En daar komt nog bij, aldus Naima Azough, dat mensen met een migratieachtergrond en praktisch opgeleiden extra veel moeite met financiële rompslomp hebben. “Financiën, alles met papieren: het levert sneller angst op. Instanties als de overheid, banken en pensioenfondsen staan niet dichtbij.”


Naima Azough weet waar ze het over heeft: ze groeide op in een Marokkaans-Nederlands arbeidersgezin. Zelf ging ze wel studeren en werkte vervolgens onder meer als programmamaker voor de IKON, De Balie en de VPRO. Van 2002 tot 2010 was ze lid van de Tweede Kamer voor GroenLinks. Tegenwoordig is Naima zelfstandig adviseur en partner bij Colourful People, een executive search, training- en adviesbureau dat gespecialiseerd is in diversiteit.

 

“Ik denk dat we niet moeten onderschatten hoe spannend mensen zaken als belastingen, verzekeringen en pensioen vinden”, zegt ze. “Hoe eng dat voor ze is. Ik zie dat ook bij mijn eigen ouders. En dat heeft deels met een migratie-achtergrond te maken, maar nog veel meer met opleidingsniveau en klasse.”

 

Nieuwe inzichten

Hier ligt dus een taak voor alle organisaties die zich bezighouden met financiële dienstverlening. Bijvoorbeeld door meer hulp te bieden, meer voorlichting te geven. Door drempels te verlagen.

Naima: “Maar als we over financiële dienstverlening praten, kijken we meestal vooral naar het bankwezen. En te weinig naar pensioenfondsen. Want áls we het al over pensioenfondsen hebben, dan gaat het in mijn beleving óf over de ethische keuzes die wel of niet gemaakt worden bij beleggingen, óf over pensioenuitkeringen die omlaag gaan. Ik vond het heel leuk om nu van jou, Annette, meer te horen over collectiviteit, zorgzaamheid en onderlinge solidariteit. Dat zijn fundamentele waarden. Ik denk dat je alleen al met die waarden zoveel dichter bij de mensen kunt komen. En zeker bij mensen die een lager inkomen hebben of minder hoog opgeleid zijn. Die willen vertrouwen hebben. Daar zoeken ze ook naar.”

Annette: “Dat vind ik een mooi inzicht. Dat pensioenfondsen binnen de financiële dienstverlening een bijzondere positie innemen wist ik natuurlijk al, maar door jou besef ik het nog sterker. Wij hebben het juiste DNA, we doen het voor het collectief, we komen voort uit solidariteit. En wij hebben heel veel dienstbare en zorgzame medewerkers, we hebben – anders dan banken – een klantcontactcenter en ook de mogelijkheid om dat in stand te houden.

Maar ik realiseer me nu dat als wij een brief naar een deelnemer sturen, dat wij dan vanuit ons perspectief vinden dat we informatie delen. Dat we iemand erbij betrekken. Maar eigenlijk schrikken mensen soms van zo’n brief. Het komt bij hen anders binnen. Dus hoe kunnen we nou ons DNA en onze doelgroepen beter met elkaar verbinden? Dat is een belangrijke vraag die wij onszelf moeten stellen.”

Meer richten op vrouwen

Annette: “Je merkte ook op dat veel financiële producten door mannen voor mannen worden ontwikkeld. En wat het kan betekenen als je vanuit de gedachte gaat werken dat iets voor mannen én vrouwen bedoeld is.”

Naima: “Toevallig was ik laatst bij een bijeenkomst over financiële onafhankelijkheid voor vrouwen in kwetsbare relaties of in afhankelijkheidssituaties. Dat was heel interessant. Kijk, wij zijn gewend aan het systeem dat we hier hebben. Dat is voor ons de norm, zo hoort het. Maar wat er verkeerd in dat systeem zit ingebakken, dat zien we niet meer. Andere landen richten zich bij ontwikkelingssamenwerking veel meer op vrouwen, daar kunnen wij echt van leren. Microkredieten zijn bijvoorbeeld met name ingericht voor vrouwen, voor moeders. Speciaal voor die doelgroep zijn er financiële producten gecreëerd. En die brengen andere vragen, problemen en perspectieven met zich mee. Wie weet welke blinde vlekken we kunnen verhelpen als we meer vanuit het perspectief van vrouwen zouden werken.”

 

Bijscholen en informeren

Naima: “Jij vertelde me dat vooral mannen naar jullie bellen met vragen over hun pensioen. Waarom bellen vrouwen niet? Misschien omdat de meesten de financiële administratie niet doen? Om ze daarin wel aan te moedigen, is voorlichting essentieel. Je kunt financieel onderwijs niet bij de scholen neerleggen, maar je kunt wel veel doen met online cursussen, op allerlei manieren informatie geven, samenwerken met vrouwenorganisaties en met het Nibud. Ook zo maak je vrouwen financieel onafhankelijker.”

 

Beweging in gang zetten

Naima: “Wat jij nu aan het doen bent, is heel belangrijk. Jij gebruikt je positie als topvrouw om dit thema centraal te stellen. Om er gesprekken over aan te gaan en meer bewustzijn te creëren. Ik ben ook bezig met dit onderwerp, maar dan vanuit organisaties die meer gericht zijn op praktisch opgeleide Nederlanders, soms met een migratieachtergrond. We hebben het er met deze groepen nu vooral over dat ze moeten gaan werken, dat ze meer moeten verdienen. Maar voor de lange termijn zorgen is voor hen net zo belangrijk. Ik blijf dus zeker contact met je houden, want ik wil dat pensioenthema ook meer mee gaan nemen.”

Annette: “Ik besef door dit soort gesprekken steeds meer dat we echt een beweging in gang aan het zetten zijn. Dus ik ga vooral door met het ontmoeten van mensen uit allerlei disciplines. Zo werkt het dus: het is gewoon dingen aan elkaar verbinden.”

Naima: “En dat hoef je niet alleen te doen, hè?”

Annette: ”Precies. We gaan vooral samen door.”