“In Nederland zullen grote beleggers meer moeten investeren in infrastructuur”

Gepubliceerd op: 16 augustus 2022

553 miljard euro. Dat is het totaal belegd vermogen van APG wereldwijd (stand eind juni 2022). Doel: een goed pensioen in een leefbare wereld voor de deelnemers van de fondsen. De portefeuille is vanzelfsprekend gespreid. Van investeringen in windmolenparken in Zeeland tot Australische beursgenoteerde aandelen in winkels. En van veilige obligaties tot de wat meer fluctuerende handel in goud of soja. Wie zijn de mensen achter die beleggingen? Wat drijft ze? Welke keuzes maken ze? En waarom?

In deze aflevering van de serie De beleggers: Jan-Willem Ruisbroek, hoofd investeringsstrategie infrastructuur bij APG.

Ruisbroek heeft alle reden een blij man te zijn. Onlangs werd APG tijdens de IPE Real Estate Awards 2022 in Amsterdam verkozen tot Real Assets & Infrastructure Investor of the Year. En dat voor het tweede jaar op rij. APG laat “opnieuw sterk leiderschap zien in de wereldwijde investeringsstrategie voor infrastructuur”, aldus het juryrapport. Waar andere grote infrastructuurbeleggers volgens de jury prat gaan op investeringen in onder meer de energietransitie, kijkt APG verder en belegt bijvoorbeeld ook in digitale infrastructuur. “Deze award laat zien dat onze strategie wordt beschouwd als goed en onderscheidend. Het vormt een mooi compliment voor wat we doen”, zegt Ruisbroek.

Volgens het juryrapport kijkt APG verder dan veel andere grote infrastructuurbeleggers. Toch zal er op infra-gebied nog veel winst te behalen zijn. Op welk vlak is er werk aan de winkel voor jullie?
“In Nederland zullen institutionele beleggers, en wij dus ook, meer kapitaal moeten investeren in infrastructuur. Grote beleggers in het buitenland investeren vaak meer dan 20 procent van hun kapitaal in infrastructuur, voor Nederlandse beleggers is dit veel minder. Het extra geld is hard nodig. Zo schat het Internationaal Energie Agentschap dat er jaarlijks meer dan 4 biljoen dollar, dat zijn twaalf nullen, nodig is om wereldwijd tot een zogeheten net-zero-maatschappij te komen. Dat wil zeggen dat de totale wereldwijde uitstoot van broeikasgassen lager is dan of gelijk is aan de uitstoot die uit de atmosfeer wordt verwijderd. Die 4 biljoen moet voornamelijk vloeien naar nieuwe infraprojecten zoals elektriciteitsnetwerken en duurzame energiebronnen.”


De beleggingsstrategie van APG op het gebied van infrastructuur stoelt op vijf zogenaamde megatrends. Een daarvan is geopolitiek: neem bijvoorbeeld een assertievere houding van China. Dat land investeert enorme bedragen in infrastructuurprojecten in zich ontwikkelende landen. Wat als China zijn enorme financiële slagkracht ook gaat inzetten in de Westerse wereld?
“Dat gebeurt al. De afgelopen decennia heeft China ook veel in Europa geïnvesteerd. De laatste jaren wordt dit wat minder, omdat overheden graag hun vitale infrastructuur in handen willen laten houden van partijen ‘dichtbij huis’. Over het algemeen zijn lokale pensioenfondsen graag geziene eigenaren van infrastructuur, vanwege hun langetermijnbelangen en maatschappelijke betrokkenheid.”

Je bent meteen na je studie bij ABP/APG begonnen en niet meer weggegaan. Heb je daardoor geen kansen laten liggen?
“Ik studeerde in een goede tijd af, want er was veel werk voor studenten, net als nu. Er waren een aantal partijen die interesse in mij hadden maar ik had direct een hele goede klik met de man die later mijn eerste baas bij ABP zou worden. Hij zei: ‘Ik vind jou goed en wil je hebben, hier heb je een aanbod.’ Ik was toen ook gecharmeerd van alles wat ik zag bij ABP, zoals de omvang en de impact. We hebben hier alles in huis, vrijwel alle investeringsmarkten. Dat is belangrijk als je begint met werken, omdat je dan veel keuzemogelijkheden hebt. Ik weet nog dat ik tijdens m’n sollicitatiegesprek zei dat iedereen die 24 is en zegt exact te weten wat hij of zij wil, aan het bluffen is. Want als je net uit de schoolbanken komt, weet je niet precies wat je wilt. Zelf wilde ik vooral bij een heel gave werkgever werken en daar langzaam rondsnuffelen en kijken waar ik het meest blij van werd. Zo is het ook gegaan.”

Je richt je sinds 2008 volledig op infrastructuur. Wat maakt beleggen daarin zo interessant voor jou?
“Ik vind het type bedrijf waarin wij investeren bovenal interessant vanwege de wezenlijke rol die deze bedrijven spelen in de maatschappij. Als mensen een stekker in het stopcontact steken, hebben ze vaak niet door wat voor een enorme infrastructuur daarachter zit. Tot het moment dat er even geen stroom is. Het maatschappelijk belang van bedrijven die mensen van een essentieel goed voorzien, zoals elektriciteit, data of mobiliteit, spreekt me ook erg aan. Net als de essentiële rol die al deze bedrijven spelen in de grote maatschappelijke vraagstukken van deze tijd, zoals de energietransitie en de digitalisering van de wereld. De energietransitie gaan we alleen waarmaken als de infrastructuur daarvoor op orde is. Wat me verder aantrekt, is dat wij investeren in private ondernemingen. Bij private ondernemingen zit je er vaak dichter op en kun je actiever meedenken over de strategie en wat je met zo’n bedrijf wilt dan bij beursgenoteerde ondernemingen.”

Een van de manieren om invloed uit te oefenen op private ondernemingen is door plaats te nemen in een rvc. Dat doen jullie geregeld. Hoe wend je die invloed in de praktijk aan?
“Ik zit in de raad van commissarissen van twee ondernemingen waarin we investeren, wat betekent dat ik toezicht houd op het management. De bedrijven waarin wij beleggen zijn vaak kleiner dan de beursgenoteerde ondernemingen, waarvan je misschien een klein plukje aandelen koopt. Wij hebben geregeld een groot belang in de private bedrijven waarin we investeren, waardoor we recht hebben om een commissaris aan te stellen. In ons team hebben we iets van twintig of dertig commissariaten. Daar gaat best veel tijd in zitten. Zo houd je je als commissaris onder meer bezig met het beoordelen en goedkeuren van het businessplan en de langjarige strategie, maar ook met het meedenken over het aanstellingsbeleid van het management.”

De beste bedrijven zien duurzaamheid als een kans in plaats van een kostenpost

Ontwikkelingen in de wereld van infrastructuur volgen elkaar in hoog tempo op. Hoe komt jouw team te weten waar de interessante nieuwe projecten zijn om in te investeren?
“Dat kom je eigenlijk alleen te weten door veel actief te zijn in de markt en veel te netwerken, want er is geen centrale plek waar aandelen worden verhandeld. Als je wilt investeren in een Frans windmolenpark, om maar een voorbeeld te noemen, dan moet je maar net weten dat daar aandelen voor te koop zijn. Ons werk bestaat dus voor een groot deel uit mensen bellen, mensen ontmoeten en naar projecten reizen waarin we investeren. Ook komen er geregeld adviseurs van investeringsbanken langs. Zij weten waar interessante transacties te verwachten zijn en waar geld valt te verdienen. En geld verdienen doen we, want onze infrastructuurportefeuille heeft het goed gedaan sinds 2006. In de zestien jaar die we bestaan hebben we gemiddeld een rendement behaald van zo’n 9 procent per jaar. Dat is toch wel goed.”

Duurzaamheid is belangrijk, ook voor APG. Gaat de focus daarop niet ten koste van rendement?
“Focussen op duurzaamheid hoeft zeker niet ten koste te gaan van rendementen. Sterker nog, de beste bedrijven zien duurzaamheid als een kans in plaats van een kostenpost. We zien dat de beste managementteams van de bedrijven waarin we investeren hun mouwen durven op te stropen en actief op zoek gaan naar businesscases rondom duurzaamheid. En dat is precies wat we zoeken en ook bereiken bij onze ondernemingen. Het is ook mogelijk dat we in een minder duurzaam bedrijf beleggen, zoals een haven. Maar dat doen we alleen als we de bedrijfsvoering daarvan duurzamer kunnen maken. Bijvoorbeeld door te zorgen voor opwekking van groene energie door er windmolens te plaatsen. Of dat de haven onderdeel wordt van de toeleveringsketen van duurzame producten. Ook kun je als investeerder zorgen dat zo’n haven grond beschikbaar stelt voor het importeren en exporteren van waterstof. Havens profileren zich ook steeds meer als onderhoudscentra voor windmolenparken op zee. Er zijn kortom genoeg mogelijkheden om een infrastructuurproject te verduurzamen.”

APG belegt ook in tolwegen. Wat voor invloed kun je uitoefenen om te zorgen dat een tolweg duurzamer wordt?
“Dat kan onder meer door oplaadpunten voor elektrische auto’s te installeren, zonnepanelen bij tankstations te plaatsen en te zorgen dat mensen meer verspreid over de dag reizen. Dat verkleint de kans op files en daarmee ook de vervuiling.”

Je belegt met je team wereldwijd in uiteenlopende projecten. Voor welk infrastructuurproject spring jij nu echt je bed uit?
“Een goed voorbeeld daarvan is de investering die we enkele maanden geleden namens onze pensioenfondsklant ABP hebben aangekondigd in het Nederlandse bedrijf Groendus. Het is een wat kleinere acquisitie dan we normaal gesproken doen, maar we zien er wel een groot groeipotentieel in. Wat Groendus doet is op een andere manier naar de energievoorziening voor bedrijven kijken. In plaats van bijvoorbeeld alleen een elektriciteitsaansluiting, -meter, zonnepanelen of laadstation als individuele producten aan te bieden, leveren zij een geïntegreerd energieproduct. Het zegt daarmee feitelijk tegen die bedrijven: ‘Jullie krijgen één product en wij zorgen voor de zonnepanelen, laadpunten voor auto’s, slimme meters en batterijen. Daarnaast verbinden we jullie ook nog met een digitaal platform waar een energieoverschot kan worden verhandeld met bedrijven in de buurt.’ Van zo’n project gaat mijn hart sneller kloppen omdat het de volgende fase is die we met z’n allen opgaan in de energietransitie.

Wat ik ook belangrijk vind om te noemen is dat een tolweg vanaf de buitenkant misschien niet de meest sexy onderneming is. Maar als je goed kijkt naar de strategie van zo’n bedrijf, dan gaan ze een centrale rol spelen in de nieuwe mobiliteit. Zo zorgen ze ervoor dat je elektrisch kunt rijden door voldoende oplaadpunten langs de tolweg te plaatsen. Verder willen ze bijdragen aan een voorspoedige reis, door onder meer te zorgen dat je niet hoeft te stoppen bij een tolpoort en door informatie te delen over hoe druk het is op de weg. Maar ook door andere vormen van vervoer aan te bieden die meer geschikt zijn om van de tolweg de stad in te komen. Dat je bijvoorbeeld op een parkeerplaats aan de rand van de stad uit je auto stapt en op een step verder reist. Tolwegen vormen dus onderdeel van een groter mobiliteitsvraagstuk en daarom vind ik deze projecten zo gaaf.”

Wie is Jan-Willem Ruisbroek?

Deed een bachelor International Business aan Maastricht University en een master Financial Economics aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Kwam in 2006 bij ABP in dienst en volgde naast zijn werk online de master Infrastructure Engineering aan Monash University.

“Die master valt onder civiele techniek. Ik deed dat om mezelf een beetje te onderwijzen in de technische aspecten van infrastructuur. Tijdens die studie, ik denk dat ik eind twintig was, zat ik voor een studieopdracht met een klikker langs de weg om verkeer te tellen en zo verkeerspatronen te begrijpen. Mensen vragen weleens wat dat in godsnaam te maken heeft met de financiële sector. Ik leg dan uit dat investeren in infrastructuur werk is waar technische kennis van het infrastructuurproject, zoals een tolweg, samenkomt met de financiële aspecten van zo’n project.”

Portfolio
Heeft een totale waarde van 24 miljard. Het infrastructuurteam van APG bestaat uit 40 medewerkers. De ene helft zit in Amsterdam en de andere helft is verdeeld over de kantoren in New York en Hongkong. Ruisbroek is als hoofd investeringsstrategie verantwoordelijk voor alle investeringen in infrastructuur.


Rendement
Gemiddeld 9 procent per jaar sinds 2006, het jaar dat ABP/APG een investeringsteam kreeg dat zich volledig richt op infrastructuur.