Obligaties

Obligaties

APG belegt een deel van het pensioenvermogen in obligaties. En die zijn er in verschillende soorten en maten. Van staatsleningen tot heuse Covid-19-obligaties. Daar valt veel over te vertellen. En dat doen we dan ook graag op deze plek.

Thema
Lange termijn beleggen
Collectie inhoud
15 Publicaties

2021: het jaar van duurzame high yield obligaties

Gepubliceerd op: 28 december 2021

Tot voor kort was de gelabelde obligatiemarkt het domein van grotere bedrijven met een hoge kredietwaardigheid. Maar nu komt ook de uitgifte van groene, sociale en duurzame high yield-obligaties echt op gang. Steeds meer high yield bedrijven willen via de gelabelde obligatiemarkt hun inspanningen om te verduurzamen laten zien. Is dat een goede ontwikkeling of zet het de deur open voor greenwashing? APG is enthousiast maar selectief in haar aanpak. “Ons doel is om te zorgen voor transparantie, verantwoording en echte impact.”

 

Nog maar een jaar geleden werden er nauwelijks high yield-obligaties met een duurzaam oogmerk uitgegeven. “Maar nu het steeds duidelijk wordt dat aandacht voor mens, milieu en goed ondernemingsbestuur (ESG; Environment, Social & Governance red.) in de bedrijfsvoering voordelen biedt op de langere termijn, maken steeds meer bedrijven gebruik van gelabelde obligaties om hun duurzaamheidsinspanningen te laten zien”, zegt specialist bedrijfsobligaties Joshua Linder. In 2021 werden in Europa en de VS ruim 60 gelabelde high yield obligaties uitgegeven. Een duidelijk signaal dat in high yield de gelabelde obligatiemarkt – een verzamelterm voor groene, sociale, duurzame en sustainability-linked obligaties – nu echt van de grond komt.

 

High yield-bedrijven geven steeds vaker obligaties met een duurzaam oogmerk uit

In tijden van lage rentes zoals in de afgelopen jaren, bieden high yield-obligaties aantrekkelijke rendementen en spreidingsvoordelen. Beleggers krijgen op zulke obligaties een hogere rente ter compensatie van het hogere risico. In 2021 koppelde een toenemend aantal high yield-bedrijven ESG-ambities aan hun financiering door obligaties met een duurzaam oogmerk uit te geven”, zegt Sven Smit, die een portefeuille met euro-obligaties beheerd. “De gelabelde obligatiemarkt is niet langer het vrijwel exclusieve domein van grote bedrijven met een hoge kredietwaardigheid.”

 

Als een actieve belegger in obligaties met een duurzaamheidsoogmerk en een grote speler in de markt voor high yield-obligaties, is APG enthousiast over deze ontwikkeling. “Maar we zijn ook selectief”, zegt Linder. “Er mogen geen bochten worden afgesneden. Om greenwashing te voorkomen, onderzoeken we bij elke uitgifte zorgvuldig hoe de obligatie in elkaar zit en wie de uitgever is.”  

 

Sustainability-linked bonds hebben de voorkeur van high-yield bedrijven

Volgens onderzoek van Deutsche Bank zijn obligaties met een duurzaam oogmerk nu goed voor ongeveer € 45 miljard (circa 9%) van de Europese high yield-obligatiemarkt (inclusief financiële instellingen). In de VS is dit jaar tot nog toe voor ongeveer $ 21 miljard (€ 18,5 miljard) aan gelabelde high yield-obligaties uitgegeven, circa 4% van de totale uitgifte in 2021, aldus JP Morgan. Smit: “Ook wordt het aanbod breder. Gezondheidszorg, industriële sector en productiesector zijn samen goed voor circa 40% van de uitstaande gelabelde obligaties in Europa.” Ongeveer een derde zijn groene obligaties, de rest bestaat uit sociale en duurzame obligaties en sustainability-linked bonds (SLBs). “Op de Amerikaanse markt zien we een goede mix van uitgevers uit verschillende sectoren, waarvan ongeveer 30% voor SLBs kiest”, zegt Linder.

 

Vanwaar die voorkeur voor sustainability-linked bonds in high yield? “Het komt erop neer dat de structuur van een SLB vaak beter past bij een kleiner bedrijf, en high yield-bedrijven zijn meestal kleiner”, legt Smit uit. Gelabelde obligaties kunnen grofweg in twee categorieën worden verdeeld.  Er zijn obligaties waarvan de opbrengst is bestemd voor vooraf vastgestelde duurzame projecten. Groene en sociale obligaties vallen bijvoorbeeld in deze categorie. Maar er zijn ook obligaties die bedrijven in staat stellen om hun algehele duurzame strategie te financieren. Daarbij worden vooraf duurzame doelen gesteld in de vorm van key performance indicators (KPIs). SLBs zijn hiervan de populairste vorm. “Zulke obligaties passen vaak beter bij een high yield-bedrijf dat wel ambities heeft om te verduurzamen maar te klein is om via een obligatie geld op te halen voor de financiering van specifieke groene projecten.”  

 

Waakzaam voor greenwashing, maar proactief bij het financieren van verandering

APG heeft strikte interne richtlijnen voor gelabelde obligaties. Maar is bij high yield het risico op greenwashing groter? “Alle obligaties met een duurzaamheidsoogmerk beoordelen we op dezelfde manier. Ons doel is om te zorgen voor transparantie, verantwoording en echte impact”, zegt Linder. “In dat opzicht zijn de risico’s bij high yield niet groter.” Maar hoewel de uitgever van een SLB extra rente moet betalen als de vooraf gestelde duurzame doelen niet worden gehaald, is er wel minder zicht op waar het geld nu eigenlijk aan wordt uitgegeven. In zijn algemeenheid vergroot dat de mogelijkheden voor greenwashing. “Het is een balanceeract”, legt Linder uit. “We moeten extra waakzaam zijn als het om SLBs gaat, maar tegelijkertijd is dit een gouden kans om bedrijven te helpen met hun duurzame strategie. Ook spelen we als vooraanstaande verantwoorde belegger een belangrijke rol in het behouden van de integriteit van de markt.”

 

Wat betreft Europese obligaties, heeft APG in 2021 meegedaan aan de uitgifte van 12 (van de 16) SLBs en 9 (van de 24) groene obligaties. In de VS waren er dit jaar zo’n 23 uitgiftes en APG heeft er aan 8 meegedaan (5 groen, 2 SLB, 1 social). “Sommige uitgiftes hebben we laten schieten omdat we ze te duur vonden of omdat ze niet goed in de portefeuille pasten. Maar er was ook een aantal obligaties dat niet aan onze vereisten voldoet wat betreft het duurzame raamwerk, de structuur van de obligatie of de duurzame doelstellingen”, legt Smit uit. “Als dat het geval is, proberen we aan het uitgevende bedrijf duidelijk uit te leggen waarom de obligatie niet aan onze standaarden voldoet en welke verwachtingen we hebben. Zodat er in de toekomst verbeteringen kunnen worden doorgevoerd.”

 

Samenwerking met andere stakeholders helpt bedrijven de lat hoger te leggen

Er kunnen verschillende redenen zijn waarom een gelabelde obligatie niet voldoet aan APG’s  duurzaamheidscriteria. Smit: “We hebben bijvoorbeeld niet meegedaan aan de uitgifte van een groene obligatie door een industrie- en energiebedrijf omdat het geld was bestemd voor het herfinancieren van eerdere ‘grijze obligatie’ in plaats van voor groene projecten.” APG besloot ook niet te beleggen in een SLB van een Amerikaans telecombedrijf omdat een van de gestelde doelen al was behaald. “Dit ondermijnt de intentie en het doel van SLBs, die zich moeten richten op het stimuleren van duurzame ambities in de toekomst”, zegt Linder.

 

APG investeert ook tijd om bedrijven te helpen om obligaties met een geloofwaardig duurzaam oogmerk uit te geven, vaak in samenwerking met de banken die de financiering regelen. “Zo hebben we bijvoorbeeld meer dan een jaar gesprekken gevoerd met het management van een Amerikaans bedrijf in de financiële sector om een solide raamwerk voor hun sociale obligatie te ontwikkelen”, zegt Linder. “We waren verheugd dat we in die obligatie, die zich richt op betere toegang tot financiële producten voor kwetsbare en achtergestelde groepen, konden beleggen.”

 

Blik vooruit - uitdagingen en kansen

De markt ontwikkelt zich snel, maar toch zijn er ook uitdagingen. "Verdere versnippering als gevolg van nieuwe 'smaken' of obligatievarianten is reden tot zorg”, legt Smit uit. “Ook voor nieuwe productsoorten moeten er duidelijke regels en strenge rapportagevereisten zijn om greenwashing te voorkomen. Als er te veel labels komen, kan dat ook de geloofwaardigheid van de hele markt schaden.” Een ander aandachtspunt is dat de structuur van high yield obligaties de uitgever vaak de mogelijkheid biedt om vervroegd te herfinancieren. Als dat gebeurt voordat de afgesproken doelen zijn behaald, heeft het vooraf vaststellen van doelen uiteraard weinig zin.

 

Dat neemt niet weg dat de vooruitzichten rooskleurig zijn. Door aantrekkelijke rendementen en een toenemende focus op duurzaamheid in high yield, neemt de vraag van beleggers verder toe. “Bovendien kunnen bedrijven die obligaties uitgeven om duurzaamheidsprojecten te financieren hun sectorgenoten inspireren om dat ook te doen. Op die manier komt voor alle uitgevers van high yield obligaties de lat voor ESG-prestaties hoger te liggen.”

Volgende publicatie:
APG belegt voor € 195 miljoen in eerste groene obligatie EU

APG belegt voor € 195 miljoen in eerste groene obligatie EU

Gepubliceerd op: 12 oktober 2021

EU versterkt leidende positie op het gebied van duurzame financiering verder

Voor het eerst heeft de Europese Unie (EU) een groene obligatie uitgegeven. De opbrengst wordt gebruikt voor financiering van het economisch herstel in de nasleep van de Covid-19 pandemie. “De uitgifte van de eerste groene EU-obligatie is langverwacht. We zijn als APG een overtuigd belegger in gelabelde obligaties en daarom erg enthousiast om namens onze klanten deel te nemen aan deze uitgifte”, zegt portefeuillemanager Chris Lam. APG kreeg € 195 miljoen toegewezen.


De groene obligatie – NextGeneration EU (NGEU) genoemd – maakt deel uit van een Europees herstelpakket van circa € 800 miljard. Met de opbrengst worden de lidstaten ondersteund bij het aanpakken van de economische gevolgen van de Covid-19. Ongeveer 30 procent van het herstelpakket wordt gefinancierd met de uitgifte van groene Europese obligaties, waarbij de focus ligt op milieu- en klimaatinvesteringen. Volgens Oscar Jansen, die bij APG de portefeuille met euro-obligaties beheert, is de eerste uitgifte van € 12 miljard deze week de eerste stap om van EU de grootste uitgever van groene obligaties in de wereld te maken. “De uitgifte onderstreept de leidende rol van Europa in duurzame financiering.” In 2020 belegde APG al in de SURE sociale obligatie van de EU, waarvan de opbrengst wordt gebruikt om de sociale gevolgen van de pandemie te verlichten.


Ondersteunen duurzaam herstel
Volgens Lam is de uitgifte een mijlpaal voor zowel Europa als de markt voor groene obligaties. “Het geeft beleggers meer dan ooit tevoren toegang tot de financiering van groene projecten in de lidstaten. Deze projecten dragen bij aan het realiseren van de ambitieuze EU-klimaatdoelstellingen. Investeringen in hernieuwbare energie en in energiezuinige infrastructuur en transport ondersteunen het Europese herstel na de Covid-19 pandemie. Ook helpen ze de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen. Maar er is ook geld beschikbaar om innovatie te stimuleren en onderzoek te financieren ter ondersteuning van de energietransitie.”

Het Europese raamwerk voor groene obligaties sluit aan bij de standaard in de markt – de principes van de International Capital Markets Association. Ook heeft het raamwerk een positieve beoordeling gekregen van second opinion verstrekker Vigeo Eiris. Er zijn negen categorieën voor groene investeringen en duurzame hervormingen die in aanmerking komen voor financiering met de opbrengst van de groene obligatie.

Minder risico op greenwashing
De Europese Unie heeft een taxonomie (classificatiesysteem) opgesteld voor ecologisch duurzame beleggingen. Daarnaast wordt binnenkort de EU-standaard voor groene obligaties ingevoerd. Daarmee effent de EU het pad voor duidelijke regels op het gebied van duurzame beleggingen en het meten van impact in een groot aantal sectoren. Voor de groene obligatie is bepaald dat lidstaten zelf met plannen moeten komen. Dit vereist wel transparantie en toezicht van de EU op de manier waarop de opbrengsten in de praktijk worden gebruikt. De rapportage daarover wordt door een externe auditor gecontroleerd en de milieu-impact wordt volgens de gangbare klimaatstandaarden vastgesteld.

Jansen maakt zich niet al te veel zorgen over greenwashing. "De EU bouwt aan solide regels en legt de nadruk op 'Do no significant harm'-criteria (het uitgangspunt dat een belegging geen belangrijke schade toebrengt aan andere milieu- of sociale doelstellingen, red.) voor beleggingen. Daarmee is er een sterke focus om ervoor te zorgen dat de opbrengst van deze obligatie ook voor echt groene investeringen wordt gebruikt”, zegt hij. Doordat de opbrengst op een groot aantal manieren kan worden ingezet, beleggen we op deze manier in een groot en divers pallet van groene investeringen. Het vergroten van de aantoonbare impact van onze beleggingsportefeuilles is van groot belang voor de ambitieuze doelstellingen van onze pensioenfondsklanten."

 


APG behoort tot de grootste beleggers in gelabelde obligaties ter wereld. Namens de fondsklanten zet APG zich in om de groei en ontwikkeling van deze markt te bevorderen. Eind vorig jaar organiseerde APG een webinar waarin vertegenwoordigers uit de beleggingswereld en de EU het geplande ondersteuningsprogramma, de mogelijke impact ervan op de gelabelde obligatiemarkten en de belangrijke rol die beleggers moeten spelen, onder de loep hebben genomen.

 

Volgende publicatie:
APG belegt voor € 360 miljoen in Spaanse en Britse groene staatsobligaties

APG belegt voor € 360 miljoen in Spaanse en Britse groene staatsobligaties

Gepubliceerd op: 22 september 2021

De Europese markt voor groene staatsobligaties groeit gestaag. In twee weken tijd zijn de relatieve laatkomers Spanje en het Verenigd Koninkrijk toegevoegd aan het rijtje Europese landen dat een ‘green bond’ heeft uitgegeven. APG belegt namens de pensioenfondsklanten € 99 miljoen in de Spaanse en £224 miljoen (€ 261 miljoen) in de Britse obligatie.

 

Tot nog toe gaven in 2021 naast deze twee landen ook Duitsland, Zweden en Italië hun eerste groene obligatie uit. Met de uitgifte van de Europese Next Generation (NGEU) obligaties, gepland voor oktober, ziet het er naar uit dat bestaande uitgifterecords zullen worden gebroken.

 

Duurzame impact

Groene obligaties worden uitgegeven door bedrijven en (semi)overheden om klimaat- of milieuprojecten te financieren. Doordat de uitgever vooraf aangeeft waarvoor de opbrengst wordt gebruikt, is het gemakkelijker om de duurzame impact vast te stellen. Dat maakt groene obligaties aantrekkelijk voor beleggers. Europa loopt voorop als het gaat om regelgeving en verslaglegging voor duurzame beleggingen. Het Europese raamwerk (EU Taxonomy) voor Duurzame Beleggingen, dat nu wordt ingevoerd, legt de lat nog hoger. De populariteit van groene, sociale en duurzame (‘gelabelde’) obligaties blijkt uit de grote belangstelling voor de recente uitgiftes. Zowel bij de Spaanse als Britse groene staatsobligatie wilden beleggers veel meer obligaties kopen dan er beschikbaar waren.  

 

Spaanse groene staatsobligatie: focus op schoon transport

Spanje gebruikt de obligatie voor het financieren van haar ambitieuze klimaatdoelen. De Spaanse obligatie krijgt van second opinion verstrekker Vigeo Eiris het predicaat ‘geavanceerd’, de hoogste score op de gebruikte vierpuntsschaal. De obligatie voldoet aan de ICMA Green Bond Principles en de best practices die Vigeo Eiris hanteert.

 

De opbrengst van de Spaanse obligatie is bestemd voor investeringen in hernieuwbare energie, schoon vervoer, energie-efficiëntie, duurzaam water- en afvalwaterbeheer, biodiversiteit en natuurlijke hulpbronnen, het voorkomen van verontreiniging en klimaatadaptatie. Veruit het grootste deel van de opbrengst zal waarschijnlijk naar schoon vervoer gaan, met investeringen gericht op verbeteringen aan en uitbreiding van het Spaanse spoornetwerk.  

 

Britse groene staatsobligatie: investeringen in klimaat  

De uitgifte van de eerste Britse staatsobligatie is een stimulans voor de vastrentende markt in Britse ponden. In april kondigde de Britse regering aan de CO2-uitstoot in 2030 met 78% te willen terugdringen (ten opzichte van 1990). De opbrengst van de Britse staatsobligatie is bedoeld voor investeringen in schoon vervoer, bijvoorbeeld het vervangen van vervuilende bussen door 4000 nieuwe uitstootvrije bussen. 

 

De Britse groene staatsobligatie is ook in lijn met de Green Bond Principles maar scoort één trede lager in de beoordeling van Vigeo Eiris: ‘robuust’ in plaats van ‘geavanceerd’. De verstrekker van second opinions stelt vast dat er op een aantal terreinen nog ruimte voor verbetering is. Zo is een klein deel van de uitgaven bestemd voor het afvangen en opslaan of hergebruiken van CO2, ook wel Carbon Capture, Usage and Storage (CCUS). CCUS speelt een rol in de energietransitie en de Europese taxonomie staat het gebruik ervan ook toe. Maar vooralsnog is het raamwerk van de Britse obligatie onvoldoende duidelijk over welke sectoren in aanmerking komen en aan welke voorwaarden moet worden voldaan. APG heeft hierover vragen gesteld aan het Britse ministerie van Financiën en zal de verdere ontwikkelingen nauwgezet volgen. Verder blijft APG kritisch in de gaten houden of de obligatie ook in de toekomst voldoet aan de APG Guidelines for Green, Social and Sustainable bonds.

 

Doeltreffend instrument voor duurzaamheidsambities

Een van de voordelen van groene staatobligaties is dat beleggers daarmee kunnen beleggen in grote publieke infrastructuurprojecten met een directe duurzame impact. Bedrijfsobligaties bieden die mogelijkheid veel minder. Op die manier dragen de beleggingen in de groene Spaanse en Britse staatsobligaties bij aan de ambities van onze klanten voor duurzaam en verantwoord beleggen. ABP en bpfBOUW, onze twee grootste klanten, hebben ambitieuze doelen voor het deel van hun vermogen dat ze in 2025 willen beleggen in de Duurzame Ontwikkelingsdoelen (Sustainable Development Goals, SDG’s).

 

Vooraanstaande partij op de markten voor gelabelde obligaties

APG is een van de grootste beleggers in gelabelde obligaties ter wereld. Eind 2020 had APG namens onze pensioenfondsklanten € 12,2 miljard belegd in gelabelde obligaties (groene, sociale en duurzaamheidsobligaties), waarvan € 3,9 miljard in staatsobligaties. Eind 2020 belegde APG in de eerste sociale obligatie, uitgegeven door de Europese Unie. De opbrengst daarvan wordt gebruikt om de negatieve sociale gevolgen van de covid-pandemie te beperken.

Volgende publicatie:
'Wereldeconomie werkt in ploegendienst'

'Wereldeconomie werkt in ploegendienst'

Gepubliceerd op: 28 juli 2021

Beleggingsspecialisten APG over trends en ontwikkelingen op de financiële markten

 

In de VS groeit de economie het snelst, China is over de piek heen en Europa zit nog in de heropeningsfase. De wereldeconomie groeit op verschillende snelheden. Wat doet én deed dat met beleggingen? En wat zegt het over het wereldwijde investeringsklimaat? Ieder kwartaal buigen economen en beleggers van APG zich over trends en ontwikkelingen op de financiële markten. In de Asset Management View delen ze hun visie.

 

Lees hier de laatste editie van AM View

Volgende publicatie:
‘Sustainability-linked bonds’: nieuwe kansen, maar oppassen voor greenwashing

‘Sustainability- linked bonds’: nieuwe kansen, maar oppassen voor greenwashing

Gepubliceerd op: 9 juli 2021

APG deed onlangs mee aan de uitgifte van enkele ‘duurzaamheidsgerelateerde obligaties’ (sustainability-linked bonds: SLB’s). Bedrijven die zulke obligaties uitgeven beloven vooraf gestelde duurzame doelen te behalen; lukt dat niet dan moeten ze beleggers meer rente betalen. Dat biedt flexibiliteit, maar betekent ook dat beleggers de duurzame doelstellingen goed in de gaten moeten houden om ‘greenwashing’ te voorkomen. “We moeten grondig ons huiswerk doen om de geloofwaardigheid en robuustheid van uitgiftes te beoordelen.” 

 

Tesco behoort tot het toenemend aantal bedrijven dat in 2021 een 'sustainability-linked bond' (SLB) heeft uitgegeven. In januari kwam de Britse supermarktketen met een obligatie die aansluit bij de toezegging van het bedrijf om zijn uitstoot van broeikasgassen in 2025 met 60% te verminderen (ten opzichte van 2015). Haalt Tesco die doelstelling niet, dan krijgen beleggers extra rente op de obligatie.

Snelle groei

Het is de eerste keer dat een winkelketen een SLB uitgeeft. Namens de pensioenfondsklanten nam APG deel aan de Tesco-uitgifte ter waarde van € 750 miljoen. SLB’s maken vooralsnog maar een klein deel uit van de totale gelabelde (groene, sociale en duurzame) obligatiemarkt. Maar de uitgifte van SLB’s groeit dit jaar snel. In 2021 is tot nog toe voor meer dan € 12 miljard SLB’s uitgegeven, stelt financiële nieuwsdienst Bloomberg. Dat is bijna 5 procent van de totale uitgifte van gelabelde obligaties in die periode.

Maar wat is een ‘Sustainability-linked bond’? Met een SLB kan een overheid, bedrijf of organisatie geld ophalen voor algemene doeleinden. Wel belooft de uitgever om beleggers extra rente op de obligatie te betalen als vooraf vastgestelde duurzame doelstellingen niet worden gehaald. Voorbeelden van zulke kernprestatie-indicatoren (KPI’s) zijn ‘percentage hergebruikte materialen in 2030 of ‘vermindering van de CO2-uitstoot in 2025’. Hierin wijken SLB’s af van gewone gelabelde obligaties, want daarvan moet de opbrengst worden besteed aan specifieke duurzaamheidsprojecten.

SLB’s zijn nog relatief nieuw. Enel gaf in 2019 als eerste een dergelijke obligatie uit. Het Italiaanse energiebedrijf belooft dat 55% van de opwekkingscapaciteit eind 2021 hernieuwbaar is.  Slaagt het bedrijf er niet in die doelstelling te behalen, dan ontvangen beleggers 0,25% extra rente op hun obligaties. Enel besprak vooraf de specifieke kenmerken van de obligatie met een beperkt aantal beleggers, waaronder APG.

Voorkom greenwashing

Vanaf halverwege 2020 is het aantal SLB-uitgiften gestaag toegenomen. Dat is een bemoedigend teken dat de markt de wind in de zeilen heeft. De flexibele structuur van SLB’s kan een alternatief  zijn voor bedrijven die het – vanwege de aard van hun activiteiten – moeilijk vinden om genoeg (grote) duurzaamheidsprojecten te ontwikkelen voor de uitgifte van een groene obligatie. Winkelbedrijven, zoals Tesco, zijn daar een voorbeeld van. Zulke bedrijven kunnen met SLB’s hun duurzame plannen financieren zonder dat ze de opbrengst moeten reserveren voor specifieke groene projecten, zoals de bouw van een zonne-energiecentrale.

Maar die flexibiliteit betekent ook dat obligatiebeleggers minder concrete informatie hebben over hoe de opbrengst wordt besteed en wat daarvan de impact is.

 

“Uitgevers hebben de ruimte om zelf te bepalen waar ze het geld aan uitgeven. In combinatie met zelfgekozen KPI’s brengt dat het risico op ‘greenwashing’ en het manipuleren van doelstellingen met zich mee”, zegt Joshua Linder, specialist Bedrijfsobligaties bij APG. “Sommige beleggers zijn dan ook terughoudend als het om SLB’s gaat. Maar wij zien grote mogelijkheden voor deze obligaties, op voorwaarde dat de integriteit van de markt strikt wordt gehandhaafd. We moeten de duurzame doelstellingen goed onder de loep nemen. Zijn ze ambitieus en robuust genoeg? En kan de vooruitgang worden vastgesteld?”

Tesco heeft voor zijn SLB een nieuw ‘Sustainability Bond Framework’ opgesteld. Dat raamwerk volgt de in juni 2020 gepubliceerde principes van de International Capital Market Association (ICMA). De ICMA-richtlijnen zijn bedoeld om de sleutelrol die de schuldmarkt kan spelen bij het verduurzamen van bedrijven verder te ontwikkelen. Ze hebben betrekking op het vaststellen van KPI’s, de kenmerken van obligaties, rapportage en onafhankelijke beoordeling.

Hybride obligatie

Onlangs nam APG ook deel aan de uitgifte van een 'hybride' obligatie door NextEra Energy. Deze obligatie, een van de eerste in zijn soort, combineert kenmerken van een ‘gewone’ gelabelde obligatie met die van een SLB. NextEra Energy is een Amerikaans holdingbedrijf en eigenaar van het grootste private nutsbedrijf in de Verenigde Staten, dat meer dan 11 miljoen inwoners in de staat Florida van energie voorziet. NextEra Energy heeft ook een bedrijf in schone energie, 's werelds grootste producent van wind- en zonne-energie.

De NextEra-obligatie volgt de ICMA-principes voor gelabelde obligaties. Het bedrijf gebruikt de opbrengst voor vastgestelde hernieuwbare-energieprojecten. Maar NextEra belooft ook dat beleggers gedurende de looptijd van de obligatie 0,25% extra rente krijgen als de opbrengst niet binnen twee jaar aan deze projecten is besteed. Ook moeten de projecten binnen twaalf maanden na uitgifte van de obligatie in gebruik worden genomen. Lukt dat niet, dan moet het bedrijf andere projecten selecteren. Ook dan geldt dat de opbrengst binnen twee jaar volledig moet zijn besteed, anders moet NextEra extra rente betalen.

“In vergelijking met gewone gelabelde obligaties wordt hiermee een extra verantwoordingslaag gecreëerd”, zegt Craign Hauret, senior analist Bedrijfsobligaties bij APG. “Het garandeert dat de opbrengsten tijdig worden besteed aan de juiste groene projecten. We vinden het ook goed dat NextEra de opbrengst alleen zal gebruiken voor de financiering van wind- en zonne-energieprojecten die na de uitgifte operationeel worden. Bij sommige gelabelde obligaties zien we dat bedrijven de opbrengst gebruiken voor het ‘herfinancieren’ van projecten die al twee of drie jaar geleden zijn gerealiseerd.”

Dat wil niet zeggen dat er geen minpunten aan deze uitgifte zijn. Zo ontbreekt een raamwerk om te bepalen welke projecten voor financiering in aanmerking komen. Ook is er geen onafhankelijke externe beoordeling. “We hebben onze zorgen daarover aan het bedrijf overgebracht”, zegt Hauret. “Maar we hebben vertrouwen in NextEra. Het bedrijf loopt al jarenlang voorop op het gebied van verantwoord ondernemen en is transparant over de hernieuwbare energieprojecten die met de opbrengst van de obligatie worden gefinancierd.”

Integriteit van de markt

APG is een van 's werelds grootste beleggers in groene, sociale en duurzame obligaties en een voorstander van de gelabelde obligatiemarkt, inclusief SLB’s. "Toch zijn we in dit vroege stadium zeer selectief bij onze keuze om aan een SLB-uitgifte mee te doen. We moeten de integriteit van de markt bewaren”, zegt Linder. “We hebben bijvoorbeeld een SLB gezien waarbij een van de duurzame doelstellingen als was behaald. Zo’n obligatie voldoet uiteraard niet aan onze normen.“

Transparantie en duidelijke rapportages zijn van groot belang voor de geloofwaardigheid en integriteit van deze snelgroeiende markt. Om(mogelijke) uitgevers inzicht te geven in onze verwachtingen en een gezonde ontwikkeling van de markt te stimuleren, heeft APG de Guidance on Sustainability-Linked Bonds gepubliceerd.

APG organiseert jaarlijks een evenement (Ronde Tafel) om de ontwikkeling van de Amerikaanse markt voor gelabelde bedrijfsobligaties te bevorderen. Het evenement – met deelname van institutionele beleggers, banken en andere belanghebbenden – werd dit jaar voor de vierde keer gehouden en richtte zich op SLB’s. “De groei van de uitgifte van gelabelde bedrijfsobligaties met behoud van het vertrouwen in de markt, is van begin af een belangrijk doel van deze bijeenkomsten”, zegt Anna Pot, Hoofd Responsible Investments Americas bij APG. “Met andere vermogensbeheerders en partners in de sector willen we de uitgifte van hoogwaardige gelabelde bedrijfsobligaties bevorderen. Daarbij hebben we aanzienlijke vooruitgang geboekt.”  

Volgende publicatie:
Particulier beleggen is immens populair. Leidt dit tot een nieuwe 'zeepbel'?

Particulier beleggen is immens populair. Leidt dit tot een nieuwe 'zeepbel'?

Gepubliceerd op: 8 juli 2021

Actuele kwesties op het gebied van economie, (verantwoord) beleggen, pensioen en inkomen: iedere week geeft een expert van APG een helder antwoord op de vraag van de week. Deze keer: Chief Economist Thijs Knaap over de kans op een (barstende) zeepbel door de stijgende populariteit van beleggen.

 

Beleggen is hot. Het aantal Nederlanders dat geld belegt, nam in 2020 met ruim een kwart toe. De grootste stijging sinds de jaren ’90. Veel jonge, vaak onervaren beleggers betreden de beurs via smartphone-apps van online brokers. En dat is niet zonder gevaar, vinden sommigen. Zoals de Amerikaanse topbelegger Jeremy Grantham. Hij stelde eerder dit jaar: “Particuliere beleggers hebben een historische zeepbel gecreëerd die waarschijnlijk nog vóór mei zal barsten.” Een zeepbel zoals rond de eeuwwisseling (de zogenoemde dot-com bubble), toen particuliere beleggers massaal in internetbedrijfjes investeerden en daarmee de aandelenprijzen tot recordhoogten dreven. Tot de koersen in 2000 plots in elkaar stortten. Waarop de economische groei wereldwijd terugviel. Hoewel mei achter ons ligt, blijft de vraag: is de kans op zo’n barstende zeepbel alsnog reëel?

 

Permanente effecten

Thijs Knaap is terughoudend met termen als bubble of zeepbel. “Voordat je het daarover kunt hebben, is het van belang om te snappen waar die toename van retailbeleggers (particuliere beleggers, red.) vandaan komt. Dat zit hem in drie factoren. Allereerst zijn de mogelijkheden voor de particulier om ‘even’ te beleggen groter geworden. Zowel qua gemak (via eenvoudige en handige apps) als qua kosten (ook in Nederland heb je partijen waarbij je transacties gratis kunt doen). Tweede factor is de coronapandemie: mensen zitten thuis, hebben soms geld over en de tijd om daar iets mee te doen. En zijn dus gaan beleggen. Derde reden van de groeiende populariteit is de lage, soms zelfs negatieve rente. Sinds 1 juli moet je bij sommige banken iets betalen om te sparen. Dat jaagt mensen naar de markt. Een aantal van deze factoren blijft nog wel een tijd – of voorgoed – bij ons. Die technologie, die laagdrempeligheid van beleggen, gaat niet meer weg. Van de lage spaarrente zijn we waarschijnlijk de komende jaren ook nog niet af. De vraag naar aandelen blijft dus groeien. Dit zijn permanente effecten, dus wat dat betreft lijkt van een hausse, waar iedereen na corona massaal uit zou stappen en niet meer terugkomt, geen sprake. Structurele veranderingen verklaren een groter deel van de beweging.”

 

Andere type beleggers

Máár: daarmee is de kous volgens Knaap toch niet helemaal af: “Particulieren zijn andere types dan grote beleggers. Ze beleggen over het algemeen risicovoller. Je ziet bijvoorbeeld dat ze veel in individuele aandelen zitten en geen gespreide portefeuille hebben. En callopties zijn populair, die snel meer waard worden als het aandeel omhoog gaat, maar niks waard zijn als het aandeel daalt. Als je dit soort beleggers erbij krijgt, gebeurt er van alles. Zeker in een tijd waarin mensen elkaar vinden op internetfora en daar kunnen afspreken om en masse aandelen van een bepaald bedrijf te kopen en zo de prijs op te voeren. Zelfs als het bedrijf dat eigenlijk niet waard is. Dat zag je dit jaar bij het verlieslatende GameStop en het failliete Hertz. Door gebundelde krachten lukte het honderdduizenden beleggers de prijs extreem op te voeren. Dat is problematisch, en het mag ook niet helemaal. Feitelijk is het marktbedrog, maar doe er maar eens wat aan als er zo’n bataljon mensen achter zit.”

Toch vertrouwen

Particulieren die elkaar opjutten, aandelenprijzen die worden opgedreven terwijl het bedrijf niet veel waard lijkt; zijn dit dan die typische bubbles waar zorgen over zijn? “De ontwikkelingen rondom deze beleggingen – memestocks worden ze ook wel genoemd – hebben inderdaad karaktertrekken van een zeepbel”, zegt Knaap. “Maar het gaat niet helemaal op. Bij de dot-comcrisis zag je dat de koers van het aandeel uiteindelijk helemaal kelderde toen een groot deel van de mensen uitstapte. Bij zowel GameStop als Hertz zie je dat de waarde van het aandeel nu nog steeds en consistent veel hoger is dan in het begin. Mensen lijken dus echt vertrouwen erin te hebben dat het bedrijf er iets goeds mee doet. En door de opeens goedkope financiering krijgt het bedrijf ook de kans zichzelf opnieuw uit te vinden.”

 

Markt opblazen

Terug naar de vraag: stevenen we door de groeiende populariteit van beleggen (weer) af op een zeepbel die gaat barsten? Knaap denkt van niet. Al benadrukt hij dat je het nooit helemaal met zekerheid kunt zeggen. “Ja, bij de genoemde voorbeelden en in sommige sectoren zie je inderdaad dat particulieren de prijs kunnen opdrijven. Maar dat kan alleen bij bedrijven die relatief klein zijn. Zij vormen maar een beperkt deel van de beurs. Bij de rest van de markt zie je dat niet. Het is veel lastiger om de hele markt op te blazen."

Volgende publicatie:
“Leidt het tekort aan computerchips tot inflatie?”

“Leidt het tekort aan computerchips tot inflatie?”

Gepubliceerd op: 17 juni 2021

Actuele kwesties op het gebied van economie, (duurzaam) beleggen, pensioen en inkomen: iedere week geeft een expert van APG een helder antwoord op de vraag van de week. Deze keer: chief economist Thijs Knaap, over de economische gevolgen van het wereldwijde tekort aan computerchips.

“Het meest simpele, directe gevolg, is dat het met fabrikanten van chipmachines goed gaat. Vanaf eind oktober is de beurskoers van ASML inmiddels met 85 procent opgelopen, terwijl de AEX over die periode ‘maar’ met 37 procent is gestegen. Maar dat blijft natuurlijk niet zo doorgaan. Voor een belegger in chipmachinefabrikanten is het goed om te weten dat de vraag naar chipmachines kenmerken heeft van de varkenscyclus. Als de vraag naar koteletten – en dus ook de prijs – hoog is, breiden varkensboeren uit. Als dat nieuwe vlees op de markt komt, is er juist weer teveel, wat de prijs drukt. Dat geldt ook voor de markt voor chipmachines. Net als bij varkensboeren duurt het even voordat er nieuw aanbod is gecreëerd. Dat brengt het risico met zich mee dat er over een paar jaar weer een overschot aan chipmachines en chips is. Een belegger in chipmachinefabrikanten moet daarom weten wanneer het mooi is geweest.” 

 

Bottleneck

Het indirecte effect van het chiptekort is veel groter, legt Knaap uit. “Je kunt het zo gek niet bedenken of er zit tegenwoordig een chip in. Voor autofabrikanten is het tekort een bekende bottleneck, maar de héle aanleverende industrie heeft er last van. Als die niet genoeg chips krijgt, leidt dat ook tot een gebrek aan andere onderdelen. Het risico bestaat dat de Westerse economieën vastlopen door dat tekort.

Alles is duur nu, niet alleen chips maar ook olie. Als de prijzen van veel componenten en halffabricaten oplopen, ontstaat in het ergste geval een situatie die vergelijkbaar is met de olieschokken van de jaren ’70. De grote vraag die boven de markt hangt, is: leidt het tot inflatie? Dat is de angst van veel beleggers. Centrale banken voeren nu een ruim monetair beleid, onder andere door staatsobligaties en bedrijfsobligaties op te kopen. Voor beleggers is dat mooi, want het stuwt de prijzen van obligaties én aandelen op. Maar als er inflatie ontstaat, verliezen centrale banken het excuus om dat ruim monetair beleid te voeren. Ze moeten dan stoppen met het opkopen van obligaties en in dat geval werkt het mechanisme de andere kant op. De kans neemt toe dat beurzen zullen dalen, en omdat het huidige monetair beleid al sinds 2008 wordt gevoerd, kun je zelfs een flinke correctie krijgen. Voor beleggers zal dat even slikken zijn.”


Cryptovaluta
De hoofdoorzaak van het wereldwijde tekort aan chips, was de door de Corona-pandemie extreem toegenomen vraag. Daarin speelden met name het thuiswerken en de toegenomen vraag naar spelcomputers een rol. Toch is dat volgens Knaap nog niet het hele verhaal. “De vraag naar chips heeft óók een hoge vlucht genomen door de toegenomen populariteit van cryptovaluta. Om bitcoins te minen, zijn heel veel chips nodig. En ook aan de aanbodkant speelt het een en ander. In het begin van 2020 lagen veel bedrijven in Azië stil door de lockdowns. Dat merk je nog steeds in de beschikbaarheid van goederen, waaronder chips. Bovendien zijn we onszelf door Covid-19 gaan afvragen of we voor bepaalde producten wel zo afhankelijk willen zijn van buitenlandse producenten – mondkapjes, medische apparatuur, enzovoort. Het antwoord is nee. Productie zal weer meer in Europa en de VS gaan plaatsvinden, in plaats van China. Dat is goed voor onze onafhankelijkheid. Maar het betekent wel dat alles duurder wordt.”

Volgende publicatie:
"Plan G7 effectief tegen belastingontwijkende bedrijven"

"Plan G7 effectief tegen belastingontwijkende bedrijven"

Gepubliceerd op: 8 juni 2021

Accepteren de grote bedrijven het door de G7 overeengekomen minimumbelastingtarief, of  gaan ze op zoek naar nieuwe manieren om belasting te ontwijken? Is het plan effectief? Thijs Knaap, chief economist bij APG, denkt van wel. Hij praat erover tijdens het BNR Beleggerspanel. “Voor aandeelhouders is het fijn dat de grote bedrijven steeds meer winst zijn gaan maken. Maar APG is niet alleen aandeelhouder. We beleggen ook in overheidsobligaties. We hebben er dus belang bij dat belastingen goed geïnd worden, zodat de rente op die obligaties betaald wordt.”


Een wereldwijd minimumbelastingtarief voor bedrijven van 15 procent. Dat was het resultaat van het door de G7-landen bereikte akkoord op 5 juni 2021. Het was één van de onderwerpen die aan bod kwamen tijdens het BNR Beleggerspanel. De vraag werd opgeworpen of de grote ondernemingen niet op zoek gaan naar nieuwe manieren om zo min mogelijk belasting te betalen. Knaap: “Ik denk dat er altijd naar loopholes wordt gezocht door ondernemingen, maar tegelijkertijd voorziet het plan daar wel in. Zelfs als je er als bedrijf in slaagt om nul procent belasting te betalen en je komt thuis, dan kan je eigen regering er alsnog 15 procent belasting overheen gooien. De laatste decennia zijn de grote bedrijven steeds meer winst gaan maken. Dat is heel fijn voor aandeelhouders, maar we zijn niet alleen aandeelhouder. APG investeert ook een enorm bedrag in overheidsobligaties, dus we hebben ook wel degelijk een belang dat die belastingen goed geïnd worden zodat de rente op die obligaties betaald wordt.”


Uitwijkconstructies
In de uitzending wordt opgemerkt dat G7-landen zeggen dat ze al veel meer dan die 15 procent belasting heffen. In hoeverre gaat dit plan dan heel veel uitmaken? Knaap: “Dat is waar, maar er is een aantal landen, zoals Ierland en Hongarije, dat wel onder die 15 procent zit. Maar ook wat betreft de landen die wel meer dan 15 procent heffen, geldt: het effectieve tarief dat bedrijven betalen, is vaak veel lager omdat ze gebruik maken van fiscale uitwijkconstructies.”


Verder in het BNR Beleggerspanel: de overname van maaltijdbezorger GrubHub door Just Eat Takeaway. En: waarom laten veel beleggers banken links liggen?


Luister de hele uitzending hier.

Volgende publicatie:
APG ontwikkelt leidraad voor Covid-19 obligaties

APG ontwikkelt leidraad voor Covid-19 obligaties

Gepubliceerd op: 13 mei 2020

APG heeft een leidraad (Engelstalig) gepubliceerd die bedrijven inzicht geeft welke Covid-19 gerelateerde uitgaven mogelijk kwalificeren als sociale of duurzame obligatie.

 

Een groeiend aantal banken, bedrijven en overheidsinstanties heeft de laatste maanden zogenaamde Covid-19 obligaties uitgegeven. De opbrengst hiervan wordt onder meer gebruikt voor het financieren van noodmaatregelen en steunpakketten voor het midden- en kleinbedrijf. Sinds eind maart heeft APG namens haar pensioenfondsklanten meer dan € 350 miljoen belegd in Covid-19 obligaties.

 

“Voor bedrijven die obligaties willen uitgeven is het niet altijd duidelijk welke Covid 19-gerelateerde activiteiten kunnen worden aangemerkt als ‘sociaal’ of ‘duurzaam’”, zegt Joshua Linder, credit analist Vastrentende Waarden bij APG Asset Management. “Om een ​​deel van die onzekerheid weg te nemen, hebben we een leidraad ontwikkeld waarin staat hoe we denken over maatregelen die mogelijk kunnen worden gefinancierd met de uitgifte van sociale en duurzame obligaties. We menen dat het nuttig is om voorbeelden te laten zien van activiteiten die mogelijk in aanmerking komen. ”

 

Het doel van APG is om de richtlijnen met andere partijen in de markt te delen om zo de uitgifte van Covid-19 obligaties te stimuleren en tegelijkertijd de integriteit van de markt te handhaven. Als verantwoorde langetermijnbelegger draagt ​​APG actief bij aan uitbreiding van de markt voor green bonds. Tegelijkertijd benadrukken we het belang van transparantie en hoge kwaliteitsnormen voor verantwoorde, duurzame groei.

 

Volgende publicatie:
APG breidt beleggingen in corona-obligaties uit tot 350 miljoen

APG breidt beleggingen in corona-obligaties uit tot 350 miljoen

Gepubliceerd op: 22 april 2020

APG heeft recent haar beleggingen in Covid-19 obligaties uitgebreid tot bijna € 350 miljoen. De opbrengst van deze 'corona-obligaties’ wordt onder meer gebruikt voor de financiering van noodmaatregelen voor de gezondheidszorg en financiële ondersteuning van het midden- en kleinbedrijf in Europa en de rest van de wereld.

 

Bestrijding van de pandemie én de gevolgen

 

Recent nam APG – namens ABP, bpfBOUW, SPW en PPF APG – deel aan de uitgifte van corona obligaties door de Wereldbank (IBRD; € 211 miljoen). Uitgifte van deze obligatie draagt bij aan een noodpakket van € 13 miljard voor ondersteuning van middeninkomens landen die getroffen zijn door de corona-pandemie. Met de opbrengst wordt onder andere de uitbreiding van de testcapaciteit, training van medisch personeel en de aankoop van beschermingsmiddelen gefinancierd.

APG kocht onlangs ook corona obligaties uitgegeven door de Inter-American Development Bank (IADB; € 14 miljoen) en de United Services Automobile Association (USAA; € 32 miljoen), een organisatie die Amerikaans defensiepersoneel betaalbare verzekeringen en bankdiensten biedt. De opbrengst wordt onder andere gebruikt voor steun aan militairen en hun gezinnen die in financiële problemen zijn geraakt, bijvoorbeeld door verzekeringspremies kwijt te schelden of rentebetalingen op de hypotheek op te schorten.

 

Noodmaatregelen

 

Op 31 maart gaf de Nordic Investment Bank als eerste een obligatie uit waarvan de opbrengst specifiek was bedoeld voor bestrijding van de Covid-19 pandemie en de gevolgen daarvan. Andere instanties volgden al snel, zoals de ontwikkelingsbank van de Raad van Europa en de Europese investeringsbank. De opbrengst wordt onder andere gebruikt voor het opschalen van de gezondheidszorg, steun aan het midden- en kleinbedrijf (MKB) en een tijdelijke verhoging van de uitgaven aan sociale zekerheid.

 Alle genoemde obligaties worden uitgegeven door gerenommeerde instellingen die zijn beoordeeld met een AA of AAA-rating. Het kredietrisico van AAA-obligaties is vergelijkbaar met dat op Nederlandse staatsobligaties. De rente is iets hoger dan die op vergelijkbare obligaties.

 

Verantwoordelijke belegger

 

Het is goed dat instellingen speciale corona-obligaties uitgeven, zegt Oscar Jansen, vastrentende waarden specialist bij APG Asset Management. “De maatschappelijke en economische impact van het virus is enorm en er is veel geld nodig om de crisis te bestrijden. Als verantwoord belegger willen we hierin een actieve rol spelen.”

 APG is een van ’s werelds grootste beleggers in groene obligaties. Dit zijn obligaties uitgegeven door bedrijven of (semi-)overheden om groen, sociale of duurzame projecten te financieren. Eind 2019 hadden we ruim € 9 miljard belegd in groene, duurzame en sociale obligaties. Deze beleggingen dragen bij aan de ambities van onze klanten op het gebied van duurzaam beleggen, met name de doelstellingen van ABP (20% van het vermogen belegd in de Duurzame Ontwikkelingsdoelen eind 2025) en bpfBOUW (€12 miljard eind 2020).

Volgende publicatie:
APG steekt € 90 miljoen in Covid-19-obligaties

APG steekt € 90 miljoen in Covid-19-obligaties

Gepubliceerd op: 9 april 2020

Om de coronapandemie en de sociaal-economische gevolgen ervan te bestrijden, heeft APG namens zijn pensioenfondsklanten bijna € 90 miljoen geïnvesteerd in Covid-19-obligaties. De opbrengst van deze 'corona-obligaties’ wordt onder meer gebruikt voor de financiering van noodmaatregelen voor de gezondheidszorg en financiële ondersteuning van het midden- en kleinbedrijf.

Sinds eind maart heeft APG – namens ABP, bpfBOUW, SPW en PPF APG – deelgenomen aan de uitgifte van corona-obligaties door de Nordic Investment Bank (€16 miljoen), de Europese Investeringsbank (€39 miljoen) en de Ontwikkelingsbank van de Raad van Europa (€34 miljoen). In alle drie de gevallen was de vraag onder beleggers naar de obligaties veel groter dan het aanbod.

 

Noodmaatregelen

De opbrengst van de corona-obligaties is bestemd voor de financiering van een reeks noodmaatregelen, waaronder uitbreiding van de gezondheidszorg, steun aan het midden- en kleinbedrijf (MKB) en een tijdelijke verhoging van de uitgaven aan sociale zekerheid. In sommige gevallen bieden corona-obligaties ook financiële hulp aan lokale overheden, producenten van medische apparatuur en andere bedrijven in de gezondheidszorg die te maken hebben met een ongekende vraag als gevolg van de pandemie.

Alle drie de obligaties worden uitgegeven door gerenommeerde instellingen die beoordeeld zijn met een AAA rating, de hoogste rating voor kredietwaardigheid. Het kredietrisico is vergelijkbaar met dat op Nederlandse staatsobligaties. De rente is iets hoger dan die op vergelijkbare obligaties. 

 

Verantwoordelijke belegger

Het is goed dat instellingen speciale corona-obligaties uitgeven, zegt Oscar Jansen, vastrentende waarden-specialist bij APG Asset Management. "De maatschappelijke en economische impact van het virus is enorm en er is veel geld nodig om de crisis te bestrijden. Als verantwoord belegger willen we hierin een actieve rol spelen."

APG is een van 's werelds grootste beleggers in groene obligaties. Dit zijn obligaties uitgegeven door bedrijven of (semi-)overheden om groene, sociale of duurzame projecten te financieren. Eind 2019 hadden we ruim € 9 miljard belegd in groene, duurzame en sociale obligaties. Deze beleggingen dragen bij aan de ambities van onze klanten op het gebied van duurzaam beleggen, met name de doelstellingen van ABP (20% van het vermogen belegd in de Duurzame Ontwikkelingsdoelen eind 2025) en bpfBOUW (€12 miljoen eind 2020).

Volgende publicatie:
APG stapt in Chinese obligaties

APG stapt in Chinese obligaties

Gepubliceerd op: 29 november 2019

Samenwerking met E Fund biedt toegang tot groeiende markt

 

APG gaat samen met partner E Fund, de grootste fondsbeheerder in China, in Chinese vastrentende waarden beleggen, waaronder obligaties van bedrijven en locale overheden. De strategie is gelanceerd onder de naam ‘China Fixed Income Strategy’ en vergroot de toegang van APG tot een interessante markt, waarin steeds meer internationale investeerders actief zijn. Omdat de Chinese standaarden voor milieu, mensenrechten (zoals arbeidsrechten) en goed ondernemingsbestuur (corporate governance) lager liggen dan in het Westen, is het een bepalende factor in de China Fixed Income Strategy. We laten Sandor Steverink, Head of Treasuries bij APG, aan het woord over deze nieuwe stap.

 

Het zal geen verrassing zijn dat Sandor positief is over de nieuw gelanceerde strategie: “Als pensioenbelegger zijn we altijd op zoek naar aantrekkelijke beleggingen die stabiele, lange termijn rendementen opleveren voor onze pensioenfondsklanten en hun deelnemers. De rentestand is erg laag nu, dus we verwelkomen  beleggingen die naast solide rendementen  relatief laag risicoprofiel hebben. Nu de Chinese markt steeds meer wordt opengesteld voor internationale investeerders, is dit een goede kans voor ons. Onze partner E Fund adviseert ons voor deze beleggingsstrategie, die we samen met hen ontwikkelen. Daarmee vergroten we ons beleggingsuniversum in een belangrijke markt. ”

 

Een vastrentende strategie, wat houdt dat in?

“In dit geval doelen we daarmee op een specifieke beleggingsstrategie voor obligaties -leningen dus- in China, zonder onderscheid te maken tussen bedrijfsobligaties en obligaties van lokale overheden. Dat komt doordat de grenzen hiertussen in China minder scherp zijn. Belangrijk in deze strategie is de aandacht voor ESG (Environment, Social and Governance, red.)-factoren. Iets wat voor ons bij APG heel normaal is, maar in China een nieuw concept is.”

 

Wat levert het onze pensioenfondsen en deelnemers op?

“Zoals gezegd, dit type beleggingen  levert een goed rendement op bij een laag risico. Daarbij komt nog dat deze strategie een goede wereldwijde spreiding in je beleggingen biedt wanneer je hem combineert met andere vastrentende beleggingen. Want China heeft ondanks de verdergaande globalisatie nog altijd haar eigen dynamiek, wat dus diversificatie in je beleggingsportefeuille oplevert omdat niet alles tegelijk in dezelfde richting beweegt. Daarnaast is de Chinese vastrentende markt een once-in-a-lifetime opportunity. Het is niet eerder is voorgekomen dat een markt van deze omvang ineens open gaat zoals dat in China nu het geval is. Tot nu toe is China zwaar ondervertegenwoordigd in onze beleggingsportefeuille; en dat voor de tweede economie van de wereld. Nu de Chinese financiële markten zijn geopend en China steeds vaker en steeds meer in wereldwijde benchmarks is opgenomen, is er steeds meer reden om het aandeel aan Chinese beleggingen een weerspiegeling te laten zijn van de vooraanstaande positie van China in de wereldeconomie.”

 

In China is ESG nog minder ontwikkeld. Hoe gaan wij daar mee om?

“ESG is een heel belangrijke factor in de strategie. Omdat het ESG concept in China nieuw is en de ESG standaarden daar lager liggen dan in de westerse wereld, moeten we meer onderzoek doen naar de instanties waarin we beleggen. Daarom beginnen we met een meer geconcentreerde portefeuille dan gebruikelijk binnen vastrentende beleggingen, waar risicospreiding zeer essentieel is. Doordat we samenwerken met E Fund hebben we direct toegang tot de kennis over deze bedrijven en instanties. We zijn druk bezig om met name de ESG-kennis over China uit te breiden en daarmee zal de diversificatie in de portefeuille ook toenemen. Daar komt bij dat het rapporteren over ESG en verantwoord beleggen ook in China meer voet aan de grond krijgt – door regelgeving vanuit de Chinese overheid, en door de internationalisatie van China’s financiële markten.


APG en E Fund willen bij de voorhoede van spelers horen binnen deze ontwikkeling. In 2016 hebben we de krachten al gebundeld met hen voor het beleggen in China A-shares* die volledig voldoen aan de door onze pensioenfondsklanten gehanteerde eisen voor verantwoord beleggen die onze pensioenfondsklanten. En nu gaan we dus hetzelfde doen voor het beleggen in vastrentende waarden via de China Fixed Income strategie. Daarmee hopen en verwachten we dat de Chinese partijen die de obligaties uitgeven, zich steeds meer bewust worden van het belang van verantwoord beleggen.

 

We implementeren het beleid voor verantwoord beleggen van onze klanten in alle markten waarin we actief zijn, inclusief China. Dit betekent dat we alle bedrijven waarin we kunnen investeren beoordelen op algemene en sectorspecifieke ESG-criteria. Gezien het groeiende belang van China op de internationale kapitaalmarkten en de specifieke uitdagingen op het gebied van ESG-openbaarmaking en -bewustzijn in die markt, zijn wij van mening dat het essentieel is om een ​​sterke lokale aanwezigheid en 'boots on the ground' te hebben. Daarom openen we een speciaal kantoor in Beijing en bundelen we lokale expertise en ervaring met E Fund.”

 

Hoe verwacht je dat deze strategie zich verder gaat ontwikkelen?

“China Fixed Income is een eerste allocatie (toewijzing van vermogen aan een specifieke categorie beleggingen, red.) naar China, waarbij we over tien jaar eerder denken aan een gelijke weging tussen de drie grootste vastrentende markten: US, Euro en China. Maar we hanteren hier het principe ‘start small and learn fast’.”

 

Lees het persbericht

 

* Chinese A-aandelen zijn de aandelen van bedrijven die zijn gevestigd op het vasteland van China en worden verhandeld op de twee Chinese aandelenbeurzen, de Shanghai Stock Exchange (SSE) en de Shenzhen Stock Exchange (SZSE).

Volgende publicatie:
APG belangrijke belegger in eerste SDG-obligatie

APG belangrijke belegger in eerste SDG-obligatie

Gepubliceerd op: 7 oktober 2019

APG heeft belegd in een bijzondere obligatie, uitgegeven door het Italiaanse energiebedrijf Enel. APG doet dit namens zijn pensioenfondsklanten ABP, bpfBOUW en SPW. De Enel-obligatie is de allereerste die rechtstreeks verband houdt met de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen (SDG's) van de Verenigde Naties. Enel heeft investeerders beloofd dat 55% van zijn elektriciteitsopwekkingscapaciteit eind 2021 hernieuwbaar zal zijn. Voldoet het bedrijf niet aan deze verplichting, dan ontvangen beleggers 0,25% extra rente op hun obligaties.

 

Als het grootste elektriciteitsbedrijf in Italië en een van de grootste ter wereld, is Enel een belangrijke ontwikkelaar van hernieuwbare energiebronnen. De energiecentrales van het bedrijf bevinden zich over de hele wereld.

 

Primeur
Met de nieuwe obligatie gaat Enel een stap verder dan groene of duurzaamheidsobligaties. De opbrengsten van deze laatste worden gebruikt om groene of sociale projecten te financieren. Maar een obligatie die rechtstreeks verband houdt met de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen (SDG's) van de Verenigde Naties, was er nog niet – en die heeft Enel nu uitgegeven. Met deze doelstellingen - in totaal 17 – willen de VN een betere en duurzamere toekomst voor iedereen realiseren en grote wereldwijde uitdagingen aanpakken, zoals armoede, ongelijkheid en klimaatverandering.

Enel heeft investeerders beloofd dat 55% van zijn elektriciteitsopwekkingscapaciteit eind 2021 hernieuwbaar zal zijn. Dit draagt ??bij aan SDG 7: betaalbare en schone energie. Als Enel niet aan deze verplichting kan voldoen, ontvangen beleggers 0,25% extra rente op hun obligaties. Op 30 juni 2019 was 46% van de capaciteit van Enel geclassificeerd als hernieuwbaar.

 

Driemaal overschreven
De deelname van APG werd goed ontvangen door het bedrijf en de banken die betrokken waren bij de marketing van de deal.  Ze waren op zoek naar een anchor investor, dat wil zeggen een belegger die als eerste mag inschrijven op een nieuwe obligatie of aandeel om het vertrouwen van andere potentiele beleggers te vergroten.  Hoewel de deal bijna driemaal werd overschreven, ontving APG de volledige toewijzing van USD 50 miljoen Dit onderstreept de positie van APG in de markt als toonaangevende verantwoordelijke belegger, maar ook  zijn langdurige relatie met Enel.

De deal toont ook de actieve rol van APG op de markt voor duurzame financiering. In het afgelopen jaar was het credit-team (verantwoordelijk voor obligatiebeleggingen) van APG voortdurend in gesprek met de betrokken partijen over de structuur van de transactie. APG was een van de beleggers waarmee Enel wilde bespreken welke specifieke kenmerken van een SDG-gekoppelde obligatie APG en andere beleggers zouden ondersteunen.

 

Signaal
In de toekomst hoopt Enel dat meer van zijn obligaties dit soort SDG-verplichtingen zullen bevatten, wellicht ook verbonden aan andere SDG’s. Op deze manier geeft het bedrijf een signaal af aan de beleggersgemeenschap dat het duurzaam  opereert en zich serieus inzet voor de SDG's. Ook is dit initiatief een aansporing voor andere bedrijven om zelf met vergelijkbare obligaties te komen.

Volgende publicatie:
APG zet in op verdere groei van groene obligaties

APG zet in op verdere groei van groene obligaties

Gepubliceerd op: 21 mei 2019

APG ziet de uitgifte van de eerste groene Nederlandse staatsobligatie als een indicatie dat de markt voor groene obligaties steeds volwassener wordt. Als toonaangevende, verantwoorde langetermijnbelegger, ondersteunen we initiatieven voor vergroting en verbreding van het aanbod van groene obligaties.

 

APG maakte vandaag bekend dat het bijna € 250 miljoen belegt in de eerste groene Nederlandse staatsobligatie. Met deze belegging dragen we bij aan het realiseren van de ambities van onze pensioenfondsklanten op het gebied van duurzaam en verantwoord beleggen, in het bijzonder de ambitie van ABP en bpfBOUW voor een verdubbeling van hun beleggingen in de duurzame VN-ontwikkelingsdoelen in 2020.

 

Drie focusgebieden
Onze inzet voor de verdere ontwikkeling van de markt voor groene, sociale en duurzame obligaties (‘green bonds’) richt zich op het vergroten van het aanbod, het bewaken van de kwaliteit en het aangaan van een dialoog met bedrijven, instanties en overheden, verduidelijkt Oscar Jansen, senior portfolio manager Credits. “We kijken hoe we meer kunnen beleggen in groene obligaties zonder concessies te doen op risico en rendement.”

Tegelijkertijd met de uitgave van de Nederlandse staatsobligatie publiceerde APG de Guidelines for Green, Social and Sustainable Bonds. Jansen: “Het is belangrijk dat wij duidelijk onze verwachtingen overbrengen op bedrijven, instanties en overheden die overwegen groene obligaties uit te geven. Daar vragen zij ook om. Dat kan zorgen bij hen over de mogelijke reactie van de markt wegnemen en daarmee bijdragen aan de verdere ontwikkeling van de markt voor groene obligaties.”

 

Groene staatsobligaties
Steeds meer landen geven groene staatsobligaties uit en ook dat biedt mogelijkheden om de beleggingen verder uit te breiden. Onlangs organiseerde APG samen met de Wereldbank een workshop in Washington DC over dit onderwerp. We gaan met overheden in gesprek over onze verwachtingen, de voortgang op het gebied van de duurzame VN-ontwikkelingsdoelen en de doelen van het Klimaatakkoord van Parijs, en de potentiële rol van groene obligaties bij de financiering.
Onlangs organiseerde APG samen met de Wereldbank een workshop In Washington DC over dit onderwerp.

 

Grote belegger in groene obligaties
APG is wereldwijd een van de grootste beleggers in groene obligaties. Eind 2018 hadden we ruim € 6,8 miljard belegd in groene, sociale en duurzame obligaties namens onze pensioenfondsklanten ABP, bpfBOUW, SPW en PPF. We nemen deel aan het Climate Bonds Initiative en ondersteunen actief initiatieven om de markt verder te ontwikkelen. Ook hebben we bijgedragen aan het voorstel voor een Europese standaard, en delen we onze kennis en ervaring met bureaus over de manier waarop zij groene obligaties beoordelen.

De vraag van beleggers naar groene obligaties blijft onverminderd groot. In de Verenigde Staten wordt de groei van de markt belemmerd door beperkt aanbod in vergelijking met Europa. In maart organiseerde APG voor de tweede keer een ronde-tafel met institutionele beleggers en banken in New York over uitdagingen en mogelijke oplossingen voor de verdere ontwikkeling van de markt. Deze keer was er speciale aandacht voor de voedingssector.

Zie ook: ‘Growing the US corporate green and social bond market – Findings & Recommendation'

Volgende publicatie:
APG spoort Amerikaanse bedrijven aan: geef meer groene obligaties uit

APG spoort Amerikaanse bedrijven aan: geef meer groene obligaties uit

Gepubliceerd op: 18 december 2018

De vraag van beleggers naar groene obligaties blijft onverminderd groot, maar in de Verenigde Staten (VS) wordt de groei van de markt belemmerd door beperkt aanbod. Uitdagingen voor verdere ontwikkeling van de Amerikaanse markt: de concentratie van ‘green bonds’ in slechts enkele sectoren, de onzekerheid bij bedrijven over de eisen die aan zulke obligaties worden gesteld, en de geringe omvang van veel uitgiftes van groene obligaties.

 

APG bereikte vorige maand de mijlpaal van $ 1 miljard in groene, sociale en duurzame (‘groene’) obligaties in de Amerikaanse obligatieportefeuille. Bijna twee derde daarvan is uitgegeven door bedrijven. ‘Hieruit blijkt dat onze inspanningen om het aanbod te vergroten vruchten afwerpen’, zegt Ann-Marie Griffith, Managing Director US Credits portfolio. ‘Maar er moet nog meer gebeuren. Samen met onze partners en andere grote beleggers maken we ons sterk voor een breder aanbod van Amerikaanse groene bedrijfsobligaties.’

APG organiseerde eerder dit jaar een ronde-tafel met twintig institutionele beleggers en banken in de VS. Op basis daarvan ziet APG de volgende oplossingsrichtingen:

 

Communiceer de voordelen

Amerikaanse bedrijven nemen een afwachtende houding aan als het gaat om het uitgeven van green bonds. Dat komt onder andere omdat het beeld bestaat dat de eisen van potentiele beleggers aan groene obligaties de uitgifte daarvan ingewikkeld maken. De positieve impact op de reputatie van het bedrijf en andere voordelen worden vaak niet goed gecommuniceerd. Investeerders moeten benadrukken dat het aantrekken van een diverse groep beleggers voordelen heeft voor het bedrijf. Ook kan worden gewezen op succesvolle green bonds uitgegeven door lokale overheden en semi-overheidsinstellingen, zoals hypotheekbedrijf Fannie Mae.
 

Stel je op als klankbord

Onduidelijkheid over wat een ‘groene obligatie’ nou precies is, wordt vaak gezien als een obstakel. Toch is er veel vooruitgang geboekt bij het omschrijven en indelen van groene beleggingen. APG heeft daarvoor een methode ontwikkeld (Taxonomy on Sustainable Development Investments (SDIs)). Bedrijven kunnen dat raamwerk gebruiken bij het ontwikkelen van obligaties en andere financiële producten die voldoen aan de eisen van investeerders. Daarnaast kunnen APG en andere grote beleggers een klankbord zijn om nog voor uitgifte van een obligatie met een bedrijf in gesprek te gaan, feedback te geven op hun plannen en duidelijk te maken wat zij van een groene obligatie verwachten.
 

Voeg projecten samen

Voor de aanschaf van green bonds gelden dezelfde eisen wat betreft rendement, risico en kosten als bij ‘gewone’ obligaties. Vaak is de uitgifte van een groene obligatie te klein om vanuit het oogpunt van risicobeheersing aantrekkelijk te zijn voor institutionele beleggers. Bedrijven zouden kunnen nagaan op welke manier ze groene en sociale projecten kunnen samenvoegen in

Verantwoord beleggen leidt tot meer rendement en een betere beheersing van de risico’s in de beleggingsportefeuille. Tegelijkertijd kunnen we hiermee namens onze klanten en hun deelnemers bijdragen aan een duurzame wereld. Beleggen in groene obligaties helpt onze klanten bij het realiseren van hun ambities; met name de ambitie van APB en bpfBOUW om hun investeringen in de duurzame ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties te verdubbelen in 2020. Eind 2017 had APG wereldwijd bijna € 4,5 miljard belegd in groene obligaties en sindsdien is dat verder toegenomen.

Als een toonaangevende, verantwoorde langetermijnbelegger, pleit APG voor verantwoorde en duurzame groei van de markt voor green bonds. We nemen deel aan het Climate Bonds Initiative en dragen actief bij aan initiatieven om omvang en transparantie van de markt te vergroten.