“Samenwerking is cruciaal om AI op een verantwoorde manier in te zetten”

Gepubliceerd op: 23 februari 2023

Met de komst van ChatGPT vindt Artificial Intelligence (AI) plots zijn weg naar de huiskamer van de ‘gewone’ burger. AI is mainstream geworden. En de hele wereld stort zich erop. Wat betekent dit voor de financiële dienstverlening? Gaat het de manier van beleggen veranderen? Welke impact heeft het op klantcontact? En: is onze samenleving ethisch en juridisch eigenlijk wel klaar voor kunstmatige intelligentie? In deze reeks gaan we met experts van binnen en buiten APG op zoek naar de antwoorden.

 

In deel 1: Pieter Custers, Director Business Development & Community Development bij Brightlands Smart Service Campus.

 

Een absolute gamechanger. Zo kun je ChatGPT gerust noemen, zegt Pieter Custers. Hij houdt zich op de Brightlands Smart Service Campus (BSSC) in Heerlen en binnen de AI-hub Brightlands al langer bezig met de potentie van AI. Maar ook met de ethische en juridische implicaties ervan. De afgelopen weken dook Custers in de veelbesproken tool van bedrijf OpenAI. Net als de rest van de wereld overigens. De chatbot met generatieve kunstmatige intelligentie – waarbij de techniek dus in staat is iets nieuws te creëren op basis van bestaande data – wordt door hele volksstammen uitgeprobeerd en in de praktijk gebruikt. Ook de concurrentie, in bijvoorbeeld de vorm van Google, roert zich. En dat terwijl de ontwikkelingen op AI-gebied toch al jaren in beweging zijn. “Maar in het geval van ChatGPT is er een doorbraak. Je ziet dat de modellen nu rijp zijn en dat ze dus ook echt kunnen worden ingezet. Als je ermee aan de slag gaat, merk je ook wel degelijk dat dit anders is dan eerdere AI-software. Ik vergelijk het een beetje als de stap die Google Translate zette, toen het de vertalingen met deeplearning echt naar een hoger niveau tilde.”

 

Custers kan het weten. Hij verkent de mogelijkheden van kunstmatige intelligentie op dagelijkse basis. Hij is nauw betrokken geweest bij de oprichting van de AI-hub Brightlands, die in 2021 is gesticht door 20 grote werkgevers uit Limburg, met APG en BSSC als mede-initiators. Doel? Bedrijven, kennisinstellingen en andere organisaties in de regio die werken aan artificial intelligence en data science met elkaar verbinden. Want AI biedt veel mogelijkheden en kansen, stelt hij, maar om die optimaal én veilig te kunnen inzetten, zijn samenwerkingen zoals de AI-hub Brightlands hard nodig.

 

Vanwaar die noodzaak tot samenwerking?

“De ontwikkelingen op het gebied van kunstmatige intelligentie gaan héél snel. Veel sneller bijvoorbeeld dan de wet- en regelgeving hiervoor. En dat terwijl er tal van juridische, sociale en ethische componenten zitten aan het gebruik van AI. Je kunt het vergelijken met de ontwikkelingen op het gebied van smartphones: die gaan nog altijd als een speer. Zo snel dat we eigenlijk niet goed weten hoe we ermee moeten omgaan. We weten dat smartphones desastreus zijn voor onze aandacht, maar vreemd genoeg blijft het een discussie of ze wel of niet mogen worden toegelaten in de klas. Om maar een voorbeeld te noemen.

 

Dat moeten we bij AI zoveel mogelijk voor zijn. Door samenwerking tussen overheden, bedrijven, kennisinstellingen én burgers zijn we in staat om AI in te zetten op een manier die we als maatschappij verantwoord en nuttig vinden. En waarbij privacy wordt beschermd en discriminatie wordt voorkomen.”

 

Als wet- en regelgeving achterblijven op het wereldwijd gebruik, komen tools als ChatGPT dan eigenlijk niet te vroeg?

“Nee, want de tijd is rijp voor deze techniek. En de mogelijkheden die het biedt zijn gigantisch. Daar gaan we ook heel veel profijt van hebben. Denk aan administratief heavy werk, zoals dat van advocaten en juristen. Veel van hun werk bestaat uit het speuren naar precedenten. Intensief werk, waar AI op dit moment goed toe in staat is. Of denk aan programmeren: ChatGPT is in staat om te helpen bij het schrijven van code. En dat schijnt hij goed te doen. Ook in het klantcontact, bijvoorbeeld bij pensioenuitvoering, kan en gaat AI een gamechanger zijn. APG zet bijvoorbeeld al AI in bij het Klant Contact Center [lees hier meer over in de volgende aflevering van deze reeks, red.] Op al deze vlakken en meer kan AI waardevolle ondersteuning bieden.”

 

Ondersteuning bij werk of vervanging ván werk? AI wordt door velen ook als een bedreiging voor hun werk gezien.

“We moeten AI veel meer gaan zien als een extra instrument dat we kunnen inzetten. Een verrijking, in plaats van een vervanging. Natuurlijk kan het bepaalde taken overnemen, ook taken die door mensen worden gedaan. Maar daardoor komt er ook tijd en ruimte vrij voor andere zaken. Het gaat er nu meer om: wie is het creatiefst met input.

 

Zie het zo: eind jaren negentig was je een dag bezig het maken van één webpagina, nu lukt dat dankzij handige tools in vijf minuten. Je zou wel gek zijn als je het nog op die oude manier doet. AI doet wat dat betreft hetzelfde: je maakt de mogelijkheden voor veel mensen veel groter. Dat biedt ook serieus perspectief voor minder ontwikkelde landen. Als het op een goede manier in de markt wordt gezet, natuurlijk. De behoefte aan democratizing – het vrijelijk beschikbaar stellen en houden van de techniek – is dan ook groot. Hiermee heeft AI de potentie om de macht eerlijker te verdelen.”

Terug naar regelgeving en beleid versus razendsnelle ontwikkelingen. Wat moet er gebeuren om het gebruik van AI zo goed mogelijk te laten verlopen?

“Awareness creëren rondom het gebruik van AI. Daar geloof ik heel sterk in. Scholing en omscholing zijn daarin essentieel. Ik wil dan ook echt pleiten voor een educatieprogramma binnen basisscholen en middelbare scholen. Daar is enorm veel te winnen, we moeten deze generatie voorbereiden op de nieuwe toekomst.”

 

Want de oudere generaties zijn verloren?

“Nee, zeker niet. Maar wij zijn er niet mee opgegroeid én we zitten niet meer dagelijks met onze neus in de studieboeken. Onze generaties moeten bewustwording rondom AI hebben van SIRE-spotjes. En daar redden we het niet mee.”

 

Je prijst het potentieel van AI, maar benadrukt met evenveel klem het belang van goede voorlichting. Daar lijkt een zorg vanuit te gaan.

“Je moet niet blind zijn voor de risico’s. ChatGPT werkt op data. Als die data niet goed is of te eenzijdig, heeft dat zijn uitwerking op de resultaten. Het kan ervoor zorgen dat zo’n chatbot biased is en dus discrimineert. Of denk aan algoritmes op social media – ook een vorm van kunstmatige intelligentie – en hun invloed op polarisatie van de samenleving. En soms zelfs de ontwrichting van de samenleving. Een ander risico is het verantwoordelijkheidsvraagstuk: wie is juridisch aansprakelijk als een zelfrijdende auto letselschade veroorzaakt? Dat zijn cruciale vraagstukken die hand in hand gaan met de technische ontwikkelingen op AI-gebied. Daar zijn nog stappen in te nemen. Want het blijkt best lastig om ethisch te innoveren. In Nederland lopen we daarin overigens voorop, maar het kan altijd beter.”

 

Want… die vraagstukken moeten eerst aangepakt worden, voordat we AI optimaal kunnen inzetten?

“Dat is een lastige. Je wilt ontwikkeling niet afremmen, maar door de genoemde risico’s zie je ook dat dat partijen afschrikt om data-innovaties te ontwikkelen. Bang om juridische of ethische fouten te maken. Echter, de kans hebben om maatschappelijke problemen zoals armoede en klimaatverandering aan te pakken en die kansen niet grijpen, is ook onethisch. De vraag wordt dan: welke ethiek wint over de andere?”

 

Jij bent binnen de AI-hub verantwoordelijk voor het ELSA Lab Armoede en Schulden, dat zich bezighoudt met de verbetering van onder meer de ethische aspecten van kunstmatige intelligentie. Kun je een voorbeeld geven van hoe dat in de praktijk gaat?

“Binnen het ELSA lab Armoede en Schulden werken we met universiteiten, hogescholen, overheden, bedrijven (o.a. APG) en burgers samen om AI op een ethische manier in te zetten voor de bestrijding van armoede en schulden.

 

Samen doen we onderzoek en ontwikkelen we toepassingen om op een veilige, privacy en ethisch vriendelijke manier data te delen tussen burgers, overheid en bedrijven. Daarmee willen we er bijvoorbeeld voor zorgen dat een bijstandsmoeder zich bij de aanvraag van ondersteuning niet meer tig keer hoeft te legitimeren en te verklaren, met alle schaamte van dien. Maar dat dit proces veel burgervriendelijker wordt.”