Actuele kwesties op het gebied van economie, (verantwoord) beleggen, pensioen en inkomen: iedere week geeft een expert van APG een helder antwoord op de vraag van de week. Deze keer: Martijn Olthof, belegger bij het ABP Nederlandse Energietransitie Fonds, over de vraag wanneer we in Nederland helemaal over zijn op groene stroom.
Nederland voert de productie van groene stroom flink op. Afgelopen jaar is bijna de helft van de elektriciteit in Nederland opgewekt uit hernieuwbare energiebronnen. Onder meer zon en wind leverden 48 procent van de totale stroomproductie. Vijf jaar geleden was dit nog 16 procent, zo blijkt uit cijfers van het CBS waarover het Financieel Dagblad bericht. De grootste groei zit in zonne-energie. In vijf jaar tijd zijn ruim 400 procent meer zonnepanelen geïnstalleerd, waarmee in 2023 bijna 500 procent meer energie is opgewekt.
Naast zon en wind, die dus samen al goed zijn voor bijna de helft van de totale stroomproductie, wekt Nederland ook elektriciteit op via biomassa en waterkracht. Voorheen werden daar vooral fossiele brandstoffen zoals aardgas en kolen voor gebruikt, maar dat aandeel daalt hard. In de periode mei tot en met juli 2023 was zelfs meer dan de helft van de elektriciteit hernieuwbaar, in juli zelfs 57 procent. De vraag is: hoe ontwikkelt dit zich verder? Wanneer is Nederland helemaal over op groene stroom?
Laaghangend fruit
“De eerste 50 procent is een stuk makkelijker dan de laatste 50 procent”, weet Olthof. Hij doelt daarbij op het laaghangende fruit dat grotendeels is geplukt. “Neem de productie van groene elektriciteit via zonnestroom. Het opgesteld vermogen is de afgelopen jaren flink uitgebreid. Op basis van het opgesteld vermogen per inwoner was Nederland vorig jaar wereldwijd zelfs koploper. Maar ja, je bent natuurlijk wel de makkelijke uren aan het vergroenen en niet de moeilijke uren. Tenminste, nog niet. Juist als er geen zon is of niet genoeg wind, moet je ook groene elektriciteit opwekken omdat de vraag naar elektriciteit nog fors stijgt.”
Olthof pakt de cijfers van Netbeheer Nederland erbij. “De stroomvraag is nu zo’n 120 TWh. In de verschillende scenario’s van deze vereniging van alle elektriciteit- en gasnetbeheerders van Nederland, is te zien wat de vraag in 2030, 2040 en 2050 zou kunnen worden. In 2050 zit je in alle scenario’s tussen de 200 en de 300 TWh per jaar, waarbij de laagste scenario’s in mijn ogen het minst realistisch zijn. Kortom, ik denk dat we eerder richting de 300 TWh per jaar gaan. Dat is tweeënhalf keer het huidige aanbod. Of anders gezegd; als we nu 60TWh hebben vergroend, dan zitten we op 20 procent van wat nodig is.”