Na vele jaren is er eindelijk echt zicht op een pensioenakkoord.
Nog veel werk te verzetten dus, want de details van het contract en de overgang moeten nog worden uitgewerkt. Wat APG graag zou willen doen -het informeren, namens de fondsen, van deelnemers over de gevolgen van het akkoord voor hun pensioen- kan het dus nog niet doen; laat staan het daadwerkelijk implementeren van het akkoord. Voor de tweede pijler zijn de afspraken dus een stap in de goede richting, maar nog niet groot genoeg om deelnemers de duidelijkheid te geven waarop ze wachten en recht hebben. Winst voor hen is wel dat een collectief contract mogelijk blijft, wat een hoger pensioen mogelijk maakt. Er komt -zij het beperkt- meer ruimte voor keuzevrijheid.
Hoe ziet het pensioenakkoord er op hoofdlijnen uit:
- De AOW-leeftijd gaat minder snel omhoog.
- Eerder uittreden mogelijk voor zware beroepen.
- Adequaat pensioen voor alle werkenden.
- Geen kortingen bij een dekkingsgraad boven 100%.
- Afschaffen doorsneesystematiek.
- Introductie nieuw collectief pensioencontract.
- Meer keuzemogelijkheden voor deelnemers.
- Herziening nabestaandenpensioen via advies Stichting van de Arbeid (STAR).
Wat vindt APG?
We vroegen het aan Gerard van Olphen.
Hoe beoordeel je dit akkoord?
Gerard: “Uiteindelijk is er maar één vraag echt relevant: Wat heeft de deelnemer onder de streep aan dit akkoord? Als we het door die bril bekijken, is het beeld concreet en positief voor de AOW en zware beroepen. Dat het pensioensparen toch op collectieve leest geschoeid zal blijven, is ook in het belang van de deelnemer. Want uiteindelijk leidt het tot een hoger pensioen. Maar voor een beoordeling van de effecten van het nieuwe contract en van de evenwichtigheid van de transitie is het nog te vroeg. Er zijn nog behoorlijk wat open eindjes, die onder leiding van een stuurgroep van kabinet en sociale partners moeten worden opgelost. Wat mij betreft moet hier snel meer duidelijkheid over komen, gezien de miljoenen deelnemers die in onzekerheid verkeren en graag willen weten waar ze aan toe zijn.”
Wat betekent dit voor de kans op pensioenkortingen?
“Wat de korte termijn betreft, is het winst dat er geen kortingen nodig zullen zijn bij een dekkingsgraad boven 100%. Want aan een deelnemer is dit niet uit te leggen. Keerzijde is dat bij de huidige dekkingsgraden mogelijk wel kortingen nodig zullen zijn tot een dekkingsgraad van 100%. Daarmee zijn de kortingen niet definitief van de baan. Hoe het ook zij, dat de kortingen boven die 100% verdwijnen, scheelt een slok op een borrel.”
Wat betekent het akkoord voor het idee van de individuele pensioenopbouw?
“Mede door experimenten bij APG met het verschaffen van overzicht en inzicht sociale partners tot een bepaalde overtuiging gebracht; namelijk dat je geen individuele pensioenopbouw nodig hebt om de deelnemer het noodzakelijk inzicht te geven in wat er in het collectieve vermogen voor haar of hem is opgebouwd. Die individuele opbouw zou een lager pensioenresultaat betekenen voor deelnemers. En dat is dus niet nodig, als je deelnemers maar laat zien wat er voor hen in kas zit en helpt met overzicht en inzicht. Verder biedt het akkoord ruimte voor pensioensparen door zelfstandigen in de tweede pijler. Die ruimte geeft bpfBOUW bijvoorbeeld meer mogelijkheden om een goed pensioen aan alle werkenden in de sector te kunnen bieden.”
Details van het contract en de overgang moeten nog worden uitgewerkt. Wat moet daarvoor gebeuren?
“Het principeakkoord is met name concreet op het gebied van de AOW. Misschien is het ook wel meer een AOW- dan een pensioenakkoord. Wat betreft invulling van de tweede pijler is een eerste stap gezet, maar moet er nog veel werk worden verzet. Dit werk wordt nu in handen gelegd van een stuurgroep van sociale partners en het kabinet. Zij zullen nog belangrijke vragen moeten beantwoorden over de vormgeving van het nieuwe pensioencontract en een evenwichtige overgang. Ook de Stichting van de Arbeid moet nog belangrijke vragen beantwoorden; over de vormgeving van het nabestaandenpensioen.”
We zijn er dus nog niet?
“Zeker niet. Uitgekristalliseerd en eenduidig is het akkoord nog niet. Maar het is wel een eerste stap in de goede richting.”