“Duurzaamheid moet niet dienen als excuus voor middelmatig rendement”

Gepubliceerd op: 23 februari 2022

634 miljard euro. Dat is het totaal belegd vermogen van APG wereldwijd (stand eind december 2021). Doel: een goed pensioen in een leefbare wereld voor de deelnemers van de fondsen. De portefeuille is vanzelfsprekend gespreid. Van investeringen in windmolenparken in Zeeland tot Australische beursgenoteerde aandelen in winkels. En van veilige obligaties tot de wat meer fluctuerende handel in goud of soja. Wie zijn de mensen achter die beleggingen? Wat drijft ze? Welke keuzes maken ze? En waarom?

In deze aflevering van de serie De beleggers: Ton van Ooijen, binnen APG verantwoordelijk voor beleggingen in consumentengoederen in de ontwikkelde markten.

Het was recent groot nieuws: het overnamebod van Unilever op de consumentendivisie van GSK. Dit kwam voor velen als een verrassing, ook voor APG. In een reactie schreef de pensioenuitvoerder wel dat het veel strategische voordelen ziet van het op grote schaal betreden van het gebied van consumentengezondheid. Waarom was APG dan toch niet uitgesproken blij over Unilevers bod?

Van Ooijen: “Op zich was er niet zo veel aan te merken op de overname. Maar Unilever zit momenteel in een transitie en is bezig om zijn omzetgroei naar een hoger niveau te tillen. Ze kunnen zich nu daarom beter richten op het op orde brengen van hun eigen huis en laten zien dat er genoeg klanten zijn voor hun eigen producten. Het bod was dus wat ongelukkig getimed en waarschijnlijk ook wat aan de hoge kant. Maar dat ze willen uitbreiden in vitamines en tandpasta vind ik niet zo raar. Ze verkopen al tandpasta dus daarvoor kunnen ze hun eigen distributienetwerk in opkomende markten gebruiken. Bovendien kocht Unilever zo’n twee jaar geleden het drinkvoedingsmerk Horlicks van GSK, en dat loopt hartstikke goed. Dat zijn interessante zaken die onderdeel vormen van het grotere plaatje. Op de langere termijn maak ik me daarom niet zo druk over Unilever.”

Eerst nog even over je werk: jij richt je op de ontwikkelde markten. Is een portfolio dat zich op opkomende markten richt niet veel spannender?
“De opkomende markten zijn heel spannend. Maar veel bedrijven die in mijn portfolio vallen, halen de meeste groei in die opkomende markten. Er was dan ook weleens discussie of een bedrijf in mijn portfolio hoorde of in het portfolio van de opkomende markten. Daarom hebben we afgesproken dat de voornaamste beursnotering van een bedrijf bepaalt in welk portfolio dat bedrijf valt. Bij Heineken komt nu meer dan de helft van de omzet uit de opkomende markten. Vroeger was Nigeria belangrijk voor ze, nu zijn het Vietnam, Brazilië en Mexico. Voor Heineken zijn die landen belangrijker dan Amerika. Maar omdat het bedrijf is genoteerd aan de AEX, valt het in mijn portfolio. Voor schoonheidsbedrijven als L’Oréal en Estée Lauder vormt China nu de grootste groeimarkt, maar ook zij vallen in mijn portfolio. En in de naam van de grootste brouwerijketen ter wereld, AB InBev, staat ‘AB’ voor het Amerikaanse Anheuser Busch, ‘In’ voor het Belgische Interbrew en ‘Bev’ voor het Braziliaanse AmBev. De meeste bedrijven in mijn portfolio zijn echt wereldbedrijven. Dus het is niet zo saai als je zou denken, maar juist boeiend.”

Terug naar Unilever. Naast kritiek op het overnamebod ligt het bedrijf ook onder vuur van activistische beleggers vanwege een fundamenteler punt. Het bedrijf zou te veel bezig zijn met duurzaamheid, ten koste van het rendement. APG is ervan overtuigd dat rendement niet ten koste hoeft te gaan van duurzaamheid. Snap je wel de zorg van de activistische beleggers?
“Ja en nee. Duurzaamheid op zich is geen goede reden om ergens in te investeren. Maar we denken wel dat duurzaamheid kan leiden tot innovatie en het creëren van extra vraag. En dat kan weer leiden tot een hoger rendement over een langere periode. Bij Danone bijvoorbeeld leek de nadruk op duurzaamheid ten koste te gaan van aandacht voor de omzet- en winstgroei. Maar een bedrijf als Nestlé loopt ook voorop in duurzaamheid en zij slagen er wel in om met innovatieve producten te komen waar ze een hogere prijs voor kunnen vragen en daardoor ook een hogere winst kunnen behalen. Dus wij zijn het niet eens met beleggers die vinden dat duurzaamheid alleen maar geld kost en slecht is voor beleggers. Maar duurzaamheid moet ook niet dienen als excuus voor een middelmatig rendement voor een portefeuille die het beter zou kunnen doen, zoals bij Danone.”

Voor APG is het belangrijk dat de bedrijven waarin ze investeren duurzaamheid hoog in het vaandel hebben staan. Wat doet APG om te voorkomen dat activistische beleggers die weinig met duurzaamheid hebben de koers van een bedrijf kapen?
“We maken hen duidelijk dat wij duurzaamheid erg belangrijk vinden en dat je daarmee ook een superieure winstgroei kunt laten zien. Maar je moet het dan wel combineren met innovatie en marketing, zodat je met een product komt dat niet alleen goed is voor de planeet maar ook voor de consument zelf. Unilever kreeg kritiek van de Britse fondsbeheerder Terry Smith omdat ze te veel aan duurzaamheid zouden doen. Maar ik denk dat hij het prima vindt als Unilever innovatieve producten ontwikkelt en dat koppelt aan duurzaamheid. Een bedrijf moet producten maken die de consument wil, en duurzaamheid is ook in de maatschappij een trend.”

 

Alles wordt sneller en sneller. Maar als langetermijnbelegger hoeven we niet mee te gaan met de waan van de dag

Inmiddels werk je al een flink aantal jaar bij APG. Wat is voor jou de meerwaarde van werken bij deze institutionele belegger?
“Als APG ben je iemand en bedrijven zijn daarom vaak ook geïnteresseerd in hoe wij naar zaken kijken. Op dit moment bekijken we investeringsmogelijkheden in duurzaam voedsel. Als we een bedrijf dan willen vragen naar hun ESG-beleid (Environmental, Social en Governance; de drie centrale factoren om de duurzaamheid van een belegging te meten, red.), hebben we de mogelijkheid het daar met de experts van zo’n bedrijf inhoudelijk over te hebben. Door die gesprekken merk je dat ze APG een belangrijke gesprekspartner vinden. Dat is echt een meerwaarde van bij APG werken. Een ander groot voordeel is dat wij zogeheten sticky money hebben. Dus als een bedrijf een kwartaal wat minder presteert, halen wij niet meteen ons geld weg. We hebben een langere tijdshorizon dan veel andere investeerders en dat is een voordeel. Want dat betekent dat je ook in bedrijven kunt beleggen die in eerste instantie duur lijken, maar op langere termijn wel een groei kunnen laten zien die hoger is dan de gemiddelde economische groei.”

Je zit als Portfoliomanager Developed Markets Equities bovenop de ontwikkelde markten. In welke sectoren verwacht je de komende jaren de meeste groei?
“De meeste groei zit toch nog steeds in de duurdere producten. Bij consumentengoederen moet je dan bijvoorbeeld denken aan de high-end cognacs, malt whisky’s en de premium biertjes. Die zijn overigens in elke markt anders. Zo is Budweiser in China een premium biertje maar in thuisland Amerika niet. Mensen worden rijker en gaan niet zozeer méér eten kopen, maar béter eten. Als beleggers zijn wij vooral geïnteresseerd in prijsverhoging omdat een product is verbeterd, niet vanwege inflatie. De sectoren waarin bedrijven in staat zijn producten te ontwikkelen waarvoor mensen bereid zijn meer te betalen, door innovatie of marketing, zijn voor ons het interessantst. Van beleggingen daarin verwachten wij op langere termijn een hogere groei. Dan gaat het ook om de duurdere huidverzorgings- en dermatologische producten. Denk aan de merken MAC en Clinique van Estée Lauder en La Roche-Posay en Vichy van L’Oréal. Die producten passen in de gezondheids- en wellness-trend.”

Er vindt momenteel qua consumeren een verschuiving plaats, van bezit naar toegang en e-commerce. Welke gevolgen heeft dat voor de manier van beleggen?

“Digitalisering is belangrijk omdat er nu veel meer data bekend zijn over consumenten en hun gedrag. Je kunt daardoor de consument veel beter bedienen. Er is heel veel informatie over jou en mij bekend, en de merken die daar het verst mee zijn, zoals L’Oréal, profiteren daar echt van en laten ook een hogere omzetgroei zien dan andere bedrijven. Dat is een belangrijke ontwikkeling. Je ziet ook de generatie die alles nú wil, denk aan de Gorillas en andere flitsbezorgers van deze wereld. Dat zijn de digitale en innovatieve concurrenten voor de supermarkten. Daarom moeten die nog sneller investeren in e-commerce. Door de pandemie lieten de supermarkten een mooie winstgroei zien, maar nu wordt hun concurrentiepositie slechter. Wij houden daar als beleggers wel rekening mee.”

Digitalisering gaat dus zeker van invloed zijn op jouw portfolio. Welke andere ontwikkelingen zie je de komende jaren gebeuren?
“Alles wordt sneller en sneller. Maar als langetermijnbelegger hoeven we niet mee te gaan met de waan van de dag. Dat is ons grote voordeel. Wij moeten ons afvragen wat de structurele trend is. Plantaardig vlees was een tijdje een hype en sommige producenten kregen astronomische waarderingen op de beurs. Wij zijn gelukkig niet meegegaan met die hype, want nu zie je dat de forse groei eruit is, zeker in Amerika. Wel begeven grote bedrijven als Nestlé en Unilever zich nu ook op de markt voor plantaardig vlees. Die beschikken echter over veel meer kapitaal dan de kleine bedrijven en zijn wat mij betreft dan ook interessanter om in te investeren dan de kleine bedrijven waarmee de hype begon.”


Wie is Ton van Ooijen?

Studeerde macro- en bedrijfseconomie aan de Vrije Universiteit. Haalde daar ook een propedeuse geschiedenis. Deed ook nog een opleiding tot Certified Financial Analyst.


Interesse in beleggen

“Gaat heel ver terug. Het heeft te maken met dat ik geschiedenis leuk vind. Ik denk dat het verleden belangrijk is en een basis vormt voor de toekomst. En ik vind cijfertjes leuk. Als je dat combineert, komt je al gauw uit op economie. Bij de afdeling Fundamental Stock Selection beleggen we vooral bottom-up. Dat wil zeggen dat we kijken naar de fundamentele ontwikkelingen bij bedrijven. Maar daarbij spelen macro-economische aspecten ook een rol: wat gaan landen doen, en de rente? De kern blijft: wat doet een bedrijf en is het een aantrekkelijke belegging?”

Werken bij APG
“Ik werkte eerst bij verschillende brokers, waar ik individuele klanten adviseerde. Op een gegeven moment kreeg ik de kans bij APG aan de slag te gaan. Het mooie is dat ik hier zelf mag beleggen in plaats van alleen advies geven. Het is ook echt een vak waar je elke dag leert, en je bent verantwoordelijk, dat vind ik een groot voordeel van hier werken. Ook zie ik wat het resultaat is van mijn werkzaamheden, in ieder geval op langere termijn. Een ander positief punt is dat een groot deel van mijn familie deelnemer is van de pensioenfondsen die APG bedient. Mijn vader was bijvoorbeeld leerkracht en mijn zus is dat nog steeds. Ik werk dus als het ware voor mijn familie. Dat zie ik als een toegevoegde waarde. Je doet iets goed, je leert en wat je doet heeft een impact. Dat zijn dingen die iedereen graag in z’n baan wil hebben.”

Portfolio
De snellopende consumentengoederen in de ontwikkelde markten, te weten: Europa, de VS, Australië, Japan, Hongkong en Singapore. “De portefeuille waar ik direct verantwoordelijk voor ben, is 1,8 miljard euro waard. Maar wat ik doe, wordt gekopieerd door een overkoepelende portefeuille. Die heeft ongeveer 2 miljard euro in dezelfde fondsen zitten als ik, maar soms met een iets andere weging. Dat heeft met risicomanagement te maken. Stel dat ik een te zware weging in groeiaandelen zou hebben, dan krijgen we een style drift en dat willen we niet. De portfoliomanager van de overkoepelende portefeuille trekt dat dan recht. Die kijkt namelijk niet alleen naar mijn portefeuille, maar ook naar andere portefeuilles.”