Dat de Federal Reserve Bank aankondigde de rente te verhogen, was geen verrassing. Het was vooral de manier waarop Fed-voorzitter Jerome Powell dat afgelopen vrijdag deed, die ertoe leidde dat de beurs daarna met 4 procent daalde. Dat was de conclusie van hoofdeconoom Thijs Knaap van APG tijdens het BNR Beleggerspanel.
‘Normaal laten voorzitters van centrale banken altijd wel een achterdeurtje open. Een achterdeurtje met voorwaarden en uitzonderingen waarom ze de rente misschien toch niet hoeven te verhogen,’ legt Knaap uit. Maar nu was dat volgens de hoofdeconoom duidelijk niet aan de orde. Powell hield het kort; de boodschap in zijn 8 minuten durende rede was dat de Fed de rente zou verhogen ‘no matter what’.
Geleerd van jaren ’70
Natuurlijk zijn er allerlei partijen voor wie dat slecht nieuws is, concludeerden de deelnemers van panel. Bedrijven die veel schulden hebben, gaan daar bijvoorbeeld meer voor betalen. ‘Maar op zich is het goed nieuws dat centrale banken hun verantwoordelijkheid nemen en de inflatie bestrijden,’ vindt Knaap. ‘Het doet nu even pijn, maar we hebben gelukkig van de jaren ’70 geleerd dat je de zaken nu eenmaal niet op z’n beloop kunt laten’.
Veilige haven
Gevolg van de aangekondigde rentestijging was een stijgende koers van de dollar. Geld in kas houden in de Verenigde Staten is bij een hogere rente lucratiever. Maar ook het tijdsgewricht is debet aan de stijgende valutakoers. De dollar is in onzekere tijden -zoals nu met bijvoorbeeld de oorlog in Oekraïne- altijd een veilige haven geweest. Dat de dure dollar nadelig is voor de export, had volgens de deelnemers aan het panel nog niet tot veel klachten in de VS geleid. Dat was in de jaren ’80 wel het geval. ‘Maar de Verenigde Staten zijn sinds die tijd ook een minder industrieel land geworden, en meer veranderd in een diensteneconomie,’ lichtte Knaap toe.
Luister het hele beleggerspanel hier: https://bnr.nl/gemist?date=30-08-2022&time=13-05-21