“Het individualisme viert geen hoogtij meer”

Gepubliceerd op: 16 november 2022

Onlangs verscheen ‘Pensioenuitdagingen voor een bloeiende samenleving in 2122’, een onderzoek onder 1.133 Nederlanders in het kader van 100 jaar ABP. Hierin wordt teruggekeken op 100 jaar pensioen en vooruitgekeken naar de langetermijnkansen en -uitdagingen van Nederland. Wat zijn die kansen en uitdagingen? En wat betekenen die voor de toekomst van ons pensioen? We vroegen het aan Research Director Martijn Lampert van Glocalities, dat het onderzoek uitvoerde.  

 

In het onderzoek, dat uitgevoerd werd in opdracht van ABP en APG, zijn Nederlanders bevraagd om zicht te krijgen op de waarden die een belangrijke rol spelen in hun wensen, verwachtingen en zorgen. Daarbij is hen gevraagd om terug te kijken op de afgelopen eeuw en vooruit te blikken naar de komende 100 jaar. Het doel: een breder perspectief op het thema pensioen, waardoor we beter kunnen omgaan met de uitdagingen voor de toekomst.

 

Uit het onderzoek blijkt onder andere dat Nederlanders solidariteit en verplichtstelling zien als belangrijke elementen voor de toekomst van ons pensioen. Keuzevrijheid wordt veel minder belangrijk gevonden. Nederlanders hechten ook veel waarde aan de zekerheid van hun pensioen en dat het meegroeit met de economie. 3 op de 5 Nederlanders vreest echter dat de zekerheid van pensioen de komende 100 jaar gaat afnemen. Maar slechts 3 procent van de Nederlanders is echt op de hoogte van het nieuwe stelsel.

Als we het thema pensioen dichter bij mensen willen krijgen, moeten we ons realiseren dat ons mensbeeld in het algemeen aan het verschuiven is, zegt Lampert. Van economisch, rationeel, puur neoliberaal denken – de homo economicus – schuiven we op in de richting van de homo florens, die meer gericht is op welzijn.

 

Kun je toelichten waarom die verschuiving van de homo economicus naar de homo florens plaatsvindt?

 

“Na de Tweede Wereldoorlog draaide alles om het vergroten van onze economische welvaart. De homo economicus is gericht op eigenbelang en rijkdom, en met dat uitgangspunt zijn we heel lang succesvol geweest. Hiermee, en door hard te werken, hebben we de welvaartsstaat en economische welvaart gerealiseerd en bijgedragen aan de opbouw van de liberale wereldorde. Maar inmiddels hebben we ook de beperkingen van deze manier van denken gezien, waardoor de homo economicus minder vanzelfsprekend is geworden. De context is nationaal en internationaal ingrijpend veranderd. Het beeld sluit niet meer aan bij de ambities en wereldbeleving van mensen.”

 

Wat zijn die beperkingen van de homo economicus?

 

“De aarde raakt uitgeput, ongelijkheid neemt toe, we hebben steeds meer burn-outs. Op die manier is de samenleving niet meer houdbaar. Veel mensen voelen zich in deze tijd ontworteld, vervreemd, in de steek gelaten. Door de politiek, door machthebbers. De vraag is dan dus: hoe zijn we hier gekomen en hoe kunnen we er verandering in brengen? Een interessante uitkomst van het onderzoek is dat ouderen pessimistischer kijken naar de samenleving als geheel en de ontwikkeling daarvan in de afgelopen tijden, maar gemiddeld positiever over de ontwikkeling van hun levensstandaard zijn dan jongeren. Die kijken gemiddeld juist positiever naar de afgelopen eeuw, maar zijn pessimistischer over de ontwikkeling van hun levensstandaard in de toekomst.”

 

Hoe is die samenleving wél houdbaar?

 

“Ons denken moet niet enkel bepaald worden door het groei-idee van de homo economicus. Het bloei-idee van de homo florens, voor wie levenskwaliteit belangrijker is, moet een grotere rol gaan spelen. De homo florens komt tot wasdom als hij of zij diepere waarden kan verwezenlijken. Uit het onderzoek blijkt dat er behoefte is aan meer rechtvaardigheid en solidariteit. En natuurlijk is welvaart nog steeds belangrijk, mensen blijken ook bang te zijn voor verlies daarvan. Maar in de hoop en verlangens komt meer nadruk op welzíjn te liggen. Het individualisme viert geen hoogtij meer. Als het gaat om de vraag in welke richting de maatschappij zich moet ontwikkelen, geven respondenten aan veiligheid, respect, zorgzaamheid, rechtvaardigheid en solidariteit belangrijk te vinden. De lering uit dit onderzoek is dat om maatschappelijke uitdagingen aan te gaan, er veel meer aandacht nodig is voor de invulling van dit soort waarden. Ik denk dat het voor bestuurders belangrijk is om zich te realiseren dat ze burgers verder van zich vervreemden als die waarden niet terugkomen in hun verhaal en de beleidskeuzes die ze maken.”

 

Hoe hoopvol zijn mensen? Denken ze dat het tij nog te keren is?

 

“Op veel terreinen hebben respondenten een negatieve toekomstverwachting, maar verwachten ze dat die negatieve ontwikkelingen nog te keren zijn. Dat geldt bijvoorbeeld voor de kwaliteit van het onderwijs en voor inkomensongelijkheid, maar ook voor de zekerheid van een pensioen, solidariteit in pensioen tussen generaties en de verzorgingsstaat. Op andere vlakken verwachten ze niet dat negatieve ontwikkelingen nog omkeerbaar zijn. Mensen zijn met name defaitistisch als het gaat om etnische spanningen, politieke spanningen en het afhaken van burgers van de Nederlandse samenleving. Daarentegen zijn ze optimistisch over de kenniseconomie en over de gelijkheid tussen mannen en vrouwen.”

 

3 op de 5 Nederlanders vreest dat de zekerheid van pensioen de komende 100 jaar gaat afnemen. Tegelijkertijd blijkt dat slechts 3 procent van de Nederlanders echt op de hoogte is van het nieuwe stelsel. Hoe kunnen we daar verandering in brengen?

 

“Als je pensioen benadert als iets technisch, is het voor veel mensen een ver-van-hun-bedshow die niet interessant is. Terwijl het natuurlijk hartstikke relevant is, want het gaat over hun toekomstige inkomen. En respondenten geven ook aan de zekerheid van een pensioen belangrijk te vinden, maar als het erop aankomt verdiepen ze zich er niet in. Om het thema pensioen weer dichter bij de mensen te brengen, denk ik dat je het gesprek met ze moet aangaan over hun verlangens, hun ambities en de waarden die nu belangrijk voor ze zijn. Wat voor toekomst willen ze? Op die vraag hebben we ons in dit onderzoek gericht en daaruit blijkt dat er een groot verlangen is naar meer rechtvaardigheid en solidariteit. Voor een pensioenfonds is dat een goed aanknopingspunt om het gesprek met deelnemers te voeren, want een pensioenfonds is bij uitstek een manier om solidariteit te faciliteren. Bovendien noemen veel Nederlanders ‘van het leven genieten’ en ‘gezond zijn’ als belangrijke levensdoelen, dus ook daar kun je als fonds in het gesprek met hen op inhaken.”  

 

Het voeren van dat gesprek kwam dus als een belangrijke uitdaging voor pensioenfondsen uit het onderzoek. Kun je er nog een noemen?

 

“Hoe voorkomen we een gebrek aan perspectief voor jonge en toekomstige generaties? Die zullen de gevolgen van klimaatverandering het sterkst ondervinden. Bovendien stokt bij hen de ontwikkeling van de levensstandaard steeds vaker, ten opzichte van vorige generaties. Tegelijkertijd komen die jonge generaties steeds minder voor zichzelf op: 50 procent van de wereldbevolking is jonger dan 30, terwijl slechts 2,5 procent van de parlementariërs dat is. Dat maakt niet alleen het gesprek over solidariteit tussen generaties relevant. Dat geldt ook voor het gesprek over waarin je als pensioenfonds investeert. We moeten ervoor zorgen dat het denken over pensioen weer geworteld raakt in een bredere visie op kwaliteit van leven en op de toekomst van de samenleving. Als je het gesprek over dergelijke fundamentele waarden aangaat met deelnemers, draag je daaraan bij.”

 

Download het volledige onderzoek ‘Pensioenuitdagingen voor een bloeiende samenleving in 2122’

 

Meer informatie over 100 jaar ABP