Diamanten en steenkool

Gepubliceerd op: 30 november 2021

‘Niet genoeg’. Dat vat de gevoelens van veel critici samen over het klimaatakkoord dat op 13 november 2021 in Glasgow gesloten werd. Voor iedereen die vindt dat de energietransitie een uiterst urgente kwestie is die bovenaan elke agenda zou moeten staan, was het resultaat van deze twee weken onderhandelen ronduit teleurstellend. Geen afscheid maar afbouw van het gebruik van  steenkool – de meest vervuilende fossiele brandstof. En hoewel in de slotverklaring subsidies voor fossiele brandstoffen worden afgekeurd, krijgen landen wel nog steeds genoeg speelruimte om die verantwoordelijkheid uit de weg te gaan en fossiele energie financieel te blijven steunen. De teleurstelling is begrijpelijk.

 

We mogen echter niet uit het oog verliezen dat er in Glasgow ook enkele heel belangrijke afspraken zijn gemaakt. De leiders van meer dan honderd landen, waaronder Brazilië, China, Rusland en de VS, hebben beloofd om tegen 2030 een einde te maken aan de ontbossing en voor herbebossing te zorgen. Bovendien hebben voorzitter van de Europese Commissie Ursula von der Leyen en de Amerikaanse president Joe Biden aangekondigd dat ze samen de methaanuitstoot tegen 2030 willen terugdringen. Dit zijn voorbeelden van  ruwe diamanten die we onder de steenkolen vinden, als we maar diep genoeg graven.  

 

Nog enkele juweeltjes

Maar onder de resultaten van COP 26 bevinden zich nog meer potentiële juweeltjes. Ik doel met name op de initiatieven ter verbetering van de meetbaarheid van duurzaamheidsprestaties, via  de ontwikkeling van uniforme meetinstrumenten en standaarden. Beleggers zoals APG moeten bij elke nieuwe investering de  duurzaamheidsrisico’s en -kansen kunnen doorgronden. We moeten kunnen bepalen wat ze bijdragen aan duurzaamheidsdoelstellingen, zoals de Sustainable Development Goals (SDGs, Duurzame Ontwikkelingsdoelen) van de VN, zodat we dit kunnen meenemen in onze beleggingsbeslissingen. Als we dit systematisch en consequent kunnen meten, dwingen we daarmee een betere gegevens- en informatieverstrekking af en kunnen we op basis daarvan betere beslissingen nemen.

 

‘Meetbaarheid’, ‘maatstaven’. Deze woorden hebben niet echt de schittering van een diamant. Maar ik ben ervan overtuigd dat ze van essentieel belang zijn als we een echte, merkbare vooruitgang willen zien in de aanpak van  klimaatverandering. Als we verder willen gaan dan beloftes, kunnen we met deze instrumenten veel beter door een duurzaamheidsbril naar investeringen kijken. Zoals de Algemeen Secretaris van de VN António Guterres het stelde bij de start van COP 26 toen hij het had over maatstaven voor uitstootreductie en doelstellingen voor nul uitstoot: ‘We kampen met ‘een gebrek aan geloofwaardigheid en een overvloed aan verwarring’. En hij heeft gelijk. Zonder een gezamenlijke, uniforme taal en controleerbare maatstaven zijn we simpelweg niet in staat om duurzaamheidsprestaties te beoordelen en in de gaten te houden.

 

International Sustainability Standards Board (ISSB)

APG maakt zich al langer sterk voor kwalitatief hoogstaande, transparante, betrouwbare en vergelijkbare rapportages door bedrijven over klimaat en andere factoren op het gebied van milieu, maatschappij en ondernemingsbestuur (ESG). Juist daarom zijn we verheugd met de oprichting van de International Sustainability Standards Board (ISSB). Dit orgaan dat tijdens COP 26 werd aangekondigd, moet een alomvattende wereldwijde basis ontwikkelen van  standaarden voor duurzaamheidsrapportages. In de tweede helft van 2022 moet de klimaatstandaard beschikbaar zijn. Dan zullen beleggers en andere marktpartijen de beschikking krijgen over betere, meer gestandaardiseerde informatie over de duurzaamheidsgerelateerde risico’s van bedrijven. Dit zal bijdragen aan betere, meer geïnformeerde beslissingen. We verwelkomen de oprichting van de ISSB omdat het in lijn is met de inspanningen van APG (zie kader) om samen met andere wereldwijde investeerders normen te ontwikkelen die het potentieel hebben om uit te groeien tot de marktstandaard. In 2020 zei de Internationale organisatie van effectentoezichthouders (IOSCO) nog dat ze niet blij was met ‘de gefragmenteerde manier waarop normen voor duurzaamheid in de marktsector worden ontwikkeld en met het risico op greenwashing’. Op COP 26 was IOSCO inmiddels veel positiever toen ze de afgevaardigden liet weten dat de ISSB veel vooruitgang had geboekt met de ontwikkeling van een standaard voor klimaatgerelateerde rapportage in 2022.


Biodiversiteit

Een gebied waarvoor al lang aandacht had moeten zijn, is biodiversiteit (in dat opzicht komt het  internationale pleidooi op COP 26 om een einde te maken aan ontbossing en voor herbebossing te zorgen op het juiste moment. Maar ook hier verandert er het een en ander; onder meer dankzij het werk van de Taskforce on Nature-related Financial Disclosures. Dit platform ontwikkelt een raamwerk voor risicomanagement en rapportage over biodiversiteit-gerelateerde risico’s.  Voortbouwend op het werk van de Taskforce on Climate-related Financial Disclosures (TCFD) wil het platform wereldwijde consistentie bevorderen in de rapportage over dit soort risico’s.

 

Deze initiatieven dragen allemaal bij aan de uniforme rapportagestandaarden die zo relevant zijn voor beleggers als APG en waaraan zoveel behoefte is. Wij zijn heel verheugd dat robuuste en verifieerbare maatstaven voor de beoordeling van duurzaamheidsprestaties steeds meer gecodificeerd en op grote schaal toegepast worden. Op dezelfde manier zullen wij als investeerders transparant moeten zijn op onze weg naar een klimaatneutrale beleggingsportefeuille (net-zero).

 

Snijden, slijpen en polijsten

Het duurt 1 tot 4 miljard jaar eer een diamant gevormd is. Daarna kan het snijden, slijpen en polijsten van de ruwe steen nog maanden in beslag nemen. Op dezelfde manier zal het ongetwijfeld meer tijd en werk vergen voordat het rapporteren over duurzaamheid hetzelfde niveau van standaardisering en ‘volwassenheid’ heeft bereikt als financiële rapportages. Maar  als iedereen zijn rol speelt, kunnen we deze diamant laten schitteren. De financiële sector kan een sleutelrol spelen als duurzaamheid en bestuur een essentieel onderdeel blijven bij elk aspect van het investeringsproces.

 

 

Ronald Wuijster maakt deel uit van de raad van bestuur van APG Groep en is verantwoordelijk voor vermogensbeheer

APG’s inspanningen om marktnormen te ontwikkelen voor duurzaamheidsmetingen

 

De vastgoedsector is wereldwijd verantwoordelijk voor 40 procent van de energiegerelateerde uitstoot van broeikasgassen. Samen met GPIF, PGGM en NBIM ondersteunt APG de Carbon Risk Real Estate Monitor (CRREM) als wereldwijde norm voor de ontwikkeling van transitiepaden op weg naar een koolstofarme vastgoedsector op basis van een transparante en strikte methodologie. CRREM verenigt commerciële en residentiële vastgoedsectoren uit 28 landen in Europa, Noord-Amerika en Azië-Pacific.

 

GRESB meet de duurzaamheidsprestaties van vastgoed- en infrastructuurbeleggingen. APG is een van de oprichters. De Carbon Risk Real Estate Monitor kan worden ingezet als een van de informatiebronnen voor GRESB om inzicht te geven in risico’s die te maken hebben met duurzaamheid en corporate governance in de vastgoedmarkt.

 

Op dezelfde manier helpt het Sustainable Development Investments Asset Owner Platform (SDI AOP) waarvan APG in 2020 medeoprichter was, investeerders de Sustainable Development Goals (SDG’s) van de VN te integreren in hun investeringsprocessen. Het SDI AOP maakt gebruik van een op regels gebaseerd en controleerbaar proces om bedrijven te beoordelen op hun positieve bijdrage aan de SDG's. Een gemeenschappelijk begrip van en een gemeenschappelijke norm voor SDI's kan ertoe bijdragen dat beleggers een groter deel van hun vermogen beleggen in bedrijven die met hun producten en diensten bijdragen aan de SDG’s. Ook kan het de dialoog met bedrijven, toezichthouders en andere belanghebbenden sterk verbeteren. Bedrijven en investeerders kunnen zo ook op een gestandaardiseerde manier rapporteren over hun bijdrage aan de SDG’s. Omdat wij geloven dat samenwerking met meerdere belanghebbenden de beste weg naar succes is, hebben wij ons ook aangesloten bij een VN-initiatief dat de betrokkenheid van de particuliere sector bij de verwezenlijking van de SDG's moet bevorderen: de Global Investors for Sustainable Development (GISD).