Historische krapte op de arbeidsmarkt, flink schommelende aandelenkoersen en een inflatie die tot in de dubbele cijfers reikt. 2022 is economisch gezien een behoorlijk bewogen jaar. Maar wat zal 2023 ons brengen? In deze reeks vertelt Charles Kalshoven, macro-econoom en senior strateeg bij APG, wat we volgend jaar kunnen verwachten van onder meer de woningmarkt, ons koopkrachtplaatje en de economie. Vandaag deel 2: Wat betekent 2023 voor de arbeidsmarkt?
De arbeidsmarkt brak in het eerste kwartaal van dit jaar drie records. Zo waren er in het eerste kwartaal 133 vacatures op elke 100 werklozen. Het totaal aantal vacatures steeg met 59.000 en kwam uit op 451.000. Verder steeg het aantal banen flink, met 127.000, en bereikte zo het recordaantal van 11.244.000. Blijft de krapte op de arbeidsmarkt aanhouden of strooit de aankomende recessie zand in de raderen?
Vacaturegraad
Er zijn nog steeds heel veel vacatures, namelijk 121 op elke 100 werklozen, blijkt uit de cijfers van het CBS over het derde kwartaal. “En er is nog een andere manier van meten waaruit de krapte op de arbeidsmarkt blijkt. Dat is de vacaturegraad, ook van het CBS”, legt Kalshoven uit. “Daarbij wordt gekeken naar het aantal vacatures per 1000 banen, en die staat nu op 51. Alleen in het afgelopen kwartaal was dat cijfer hoger, namelijk 54. Kijken we naar de gemiddelde vacaturegraad van de afgelopen 25 jaar, dan kom je uit op 23. We zitten nu dus op ruim het dubbele. Dat geeft wel aan dat het, ondanks de naderende recessie, nog steeds vrij makkelijk is een baan te vinden.” Kalshoven verwacht dat dat ook volgend jaar zo is. “Natuurlijk groeit in een minder hard draaiende economie het aantal benodigde ‘handjes’ minder, maar ik denk dat het zich vooral vertaalt in minder grote tekorten. Voor veel werkgevers moeten de omstandigheden ook wel erg verslechteren voordat ze afscheid willen nemen van met grote moeite geworven personeel.”
Er zijn vier sectoren waar de vacaturegraad bovengemiddeld hoog is: de bouw, horeca, informatie & communicatie en delfstoffenwinning. “Bij de bouw zou je kunnen zeggen dat het aantal vacatures wellicht wat afneemt als er projecten moeten worden uitgesteld door de stikstofproblematiek, maar dan nog blijven er veel openstaande vacatures”, stelt Kalshoven. Opvallend genoeg kent het onderwijs met 21 vacatures op 1000 werkenden een van de laagste vacaturegraden, terwijl het kabinet juist maatregelen treft om in die sector de krapte tegen te gaan. “Vergelijk je het echter met de laatste 25 jaar, dan is ook de huidige vacaturegraad voor het onderwijs hoog. En natuurlijk geldt dat een klas zonder leraar maatschappelijk ingrijpender is dan een kroeg zonder barman.”