Wat verandert er in het vernieuwde stelsel?

In het vernieuwde pensioenstelsel blijven de sterke punten van het huidige stelsel behouden. Maar er gaat ook het een en ander veranderen. De manier waarop je jouw pensioen opbouwt, wordt duidelijker en beter te begrijpen en de nieuwe regels sluiten beter aan bij de veranderende samenleving, de economie en op de arbeidsmarkt. De belangrijkste wijzigingen zijn:

 

Transparanter en persoonlijker

De nieuwe regels voor pensioen maken inzichtelijker hoeveel geld er door jou en je werkgever aan pensioenpremie is gestort en hoe snel het bedrag voor je pensioen groeit. Het geeft beter inzicht in hoeveel geld er gereserveerd is voor jouw pensioen. Via je eigen pensioenfonds of op mijnpensioenoverzicht.nl vind je een overzicht van je huidige persoonlijke situatie en van het verwachte pensioen bij ‘normaal weer, goed weer of slecht weer’.

 

Pensioen gekoppeld aan de economie

Het geld dat werkgevers en werknemers opzij zetten voor pensioen, wordt belegd door de pensioenfondsen. In het vernieuwde stelsel beweegt jouw pensioenvermogen mee met de economie. Dit betekent dat je vermogen eerder toeneemt als het goed gaat met de economie. Maar dat je persoonlijke pensioenvermogen ook kan afnemen als de beleggingsresultaten tegenvallen. Een pensioenfonds heeft straks wel diverse knoppen om ervoor te zorgen dat de pensioenuitkering niet te veel op en neer beweegt. Naarmate deelnemers ouder worden, kan het beleggingsrisico voor hen worden beperkt. Schokken op financiële markten kunnen worden gedempt en tegenvallers kunnen (gedeeltelijk) worden opgevangen door een zogenaamde solidariteitsreserve. Dit is een soort spaarpot waar de pensioenfondsen in tijden van economische groei geld in stoppen, zodat ze bij minder economische voorspoed tegenvallende resultaten kunnen opvangen. Hierdoor kan voorkomen worden dat bewegingen te groot worden. 

 

Betere afspraken voor beroepsgroepen

Om ervoor te zorgen dat iedereen op een gezonde manier zijn pensioen haalt én dat er voor iedereen een financieel gezonde oude dag is, worden voor sommige beroepsgroepen de komende jaren extra afspraken gemaakt. Bijvoorbeeld over omscholing naar ander werk, extra verlof en over andere speciale regelingen waardoor eerder stoppen met werken mogelijk is.

 

Eenmalige uitkering ‘bedrag ineens’

Op het moment dat je met pensioen gaat, krijg je straks waarschijnlijk een extra keuze. Je kunt dan namelijk in één keer 10 procent van je pensioenkapitaal opnemen. We verwachten dat je op z'n vroegst vanaf 2025 voor bedrag ineens kunt kiezen. Het is niet verplicht om het bedrag op te nemen.

We gaan van een uitkeringsregeling naar een premieregeling

Van een uitkeringsregeling naar een premieregeling

Nu zijn veel pensioenregelingen uitkeringsregelingen: deelnemers krijgen een toezegging over de hoogte van hun pensioenuitkering. Pensioenfondsen beleggen de inleg van werkgever en werknemer. Daarbij proberen ze voldoende winst te behalen om het pensioen te betalen dat is toegezegd. Ze moeten daarbij rekenen met de marktrente, die al jaren heel laag is. Dat betekent dat er ondanks goede beleggingsresultaten soms niet geïndexeerd kan worden.

 

In het vernieuwde stelsel zijn de pensioenregelingen premieregelingen, waarbij de premie het uitgangspunt is. Pensioenfondsen beleggen de premie die werkgevers en werknemers inleggen zo goed mogelijk. We gaan toe naar persoonlijke pensioenpotjes. Jouw persoonlijke pensioenvermogen is het totaal van de inleg van jouzelf en je werkgever, de beleggingsresultaten min de kosten. Je ziet zo duidelijker wat er voor jou in de grote pensioenpot zit, en hoe dat vermogen meebeweegt met de economie en de beleggingsresultaten.

 

Twee soorten premieregelingen

De sociale partners van de pensioenfondsen kiezen samen met het fonds tussen twee soorten premieregelingen. Beide premieregelingen bieden pensioenfondsen de mogelijkheid om het beleggingsrisico af te bouwen wanneer mensen dichter bij hun pensioendatum komen. Dat voorkomt dat voor mensen die bijna met pensioen gaan de verwachte pensioenuitkering te veel schommelt. En dat de pensioenuitkering van gepensioneerden te grote bewegingen maakt.

 

De twee premieregelingen waar de sociale partners en fondsen uit kiezen zijn:

  • Solidaire premieregeling
    Een Solidaire premieregeling is collectiever. Je hebt nog steeds een collectieve beleggingspot en deelt binnen het pensioenfonds samen risico’s. De solidariteitsreserve maakt het mogelijk om bepaalde risico’s (gedeeltelijk) op te vangen, bijvoorbeeld het risico op een verlaging van het pensioen.
  • Flexibele premieregeling
    Een Flexibele premieregeling is individueler. Je hebt meer invloed op het beleggingsbeleid. Bij deze regeling kies je als deelnemer of je defensief, neutraal of offensief wilt beleggen. Andere beleggingskeuzes, zoals duurzaam beleggen, zijn bij zowel de flexibele als de solidaire premieregeling meestal keuzes van het fonds. Niet van het individu.