“We moeten bereid zijn te investeren in onze vrijheid”

Gepubliceerd op: 7 april 2025

Nu militaire bescherming van Europa door de Verenigde Staten geen vanzelfsprekendheid meer lijkt, blijkt de EU tot stappen in staat die tot voor kort voor onmogelijk werden gehouden. Maar liefst 800 miljard euro wil de Europese Commissie vrijmaken voor defensie, te investeren in Europese bedrijven. In welke richting beweegt deze sector zich eigenlijk? We vroegen het aan luitenant-generaal b.d. Ton van Loon.

 

Pensioenfondsen kunnen een rol spelen in die extra investeringen in defensie. Zo is bijvoorbeeld ABP bereid hier, onder duidelijke voorwaarden, in ieder geval over verder te praten. Hoe kijkt u hier tegenaan?
Van Loon: “Ten eerste denk ik dat institutionele beleggers in alle vormen zich moeten realiseren dat je beleggen in defensie niet per se moet afwijzen. Een tijd lang is er door sommigen bijna reclame gemaakt met ‘wij beleggen niet in wapens, want wapens zijn slecht’. Laten we daar onmiddellijk mee ophouden. Daarnaast moeten we ons realiseren dat je op dit moment mogelijk veel geld kunt verdienen met beleggingen in defensie. Maar een institutionele belegger moet natuurlijk wel naar de echt lange termijn kijken.”


Kunt u dat toelichten?

“Wat we nu doen bij Defensie, is allereerst ‘repareren’ wat we in tientallen jaren door onverstandige bezuinigingen hebben kapot gemaakt. Tankbataljons opbouwen en dergelijke, zijn noodreparaties op de korte termijn. Maar als institutionele belegger kijk je dus naar welke industrie een langetermijneffect heeft op wat er in Europa gebeurt, en in welke vorm. Voor Europa betekent de lange termijn dat het op eigen benen gaat staan. We moeten veel meer gaan nadenken over de vraag hoe we als economie concurrerend blijven. Welke stappen moeten we daarvoor zetten? De defensie-industrie is zo’n gebied waarin we nu zien: als Europa wil innoveren, dan kan dat. Twee jaar geleden maakte in Europa niemand drones. Nu produceren we er duizenden per week. Een goed voorbeeld is VDL NedCar in Limburg dat nu, na MINI’s, voor Defensie drones gaat produceren. Rheinmetall heeft al twee fabrieken in Oekraïne en breidt dat uit naar vier. De capaciteit en met name het denkvermogen voor de defensie-industrie is dus aanwezig.”  


Wat zou de overheid moeten doen om bedrijven te stimuleren die zich richten op die lange termijn? Orders plaatsen voor de lange termijn, zoals veel wordt gezegd?

“De grote spelers in de defensie-industrie zijn helemaal niet zo bang dat die orders niet komen. Ze vrezen vooral het stroperige proces om tot het besluit te komen die orders in te leggen. Sterker nog, het is überhaupt niet toegestaan om wapens te produceren als je geen order hebt. Je zult dus een systeem moeten bedenken – op Europees niveau, denk ik persoonlijk – waarin je al productiecapaciteit kunt ontwikkelen voordat er orders geplaatst zijn. Neem bijvoorbeeld munitie. Ik ben er helemaal geen voorstander van om daar enorme bergen van te produceren. Want die moet je ergens opslaan en als het geen oorlog wordt, ligt het er over tig jaar nog en moet je het ook weer opruimen. In plaats daarvan moet je ervoor zorgen dat je de productiecapacitéít hebt en daarbij voortdurend blijven doorontwikkelen. Maar dan moeten overheden daaraan meewerken en vooral zelf ook investeren. De tijd dat we twintig jaar deden over een aanschafproject, is voorbij. Want in Oekraïne zie je hoe ontstellend snel de ontwikkelingen tegenwoordig gaan.”

Zijn er behalve drones ook andere productcategorieën of sectoren aan te wijzen die aansluiten bij dat langetermijnperspectief?

“Als institutionele belegger zou je in mijn optiek niet in een specifieke richting moeten investeren, maar in veiligheid in brede zin. Door te investeren in defensie, jaag je namelijk ook de innovatieve industrie aan, en andersom. Defensie heeft tijdens de oorlog in Oekraïne pas echt ontdekt dat we in de digitale eeuw zijn terechtgekomen. Dat heeft best een tijdje geduurd, want de meesten van ons zitten daar al heel lang. De jongelui die nu in dienst gaan, zijn geboren in het digitale tijdperk. We gaan ons nu pas echt realiseren hoe verschrikkelijk belangrijk dat digitale systeem is. De F-35 kan nog zo’n goed vliegtuig zijn, maar ook dat vliegtuig moet werken in het elektromagnetisch spectrum. En als dat spectrum door de tegenstander wordt gecontroleerd kan ook het beste wapen niet goed functioneren. We zullen steeds meer verschillende wapens zien. Naast drones ook steeds meer intelligente munitie, voorlopig zeker nog naast de meer klassieke wapensystemen zoals vliegtuigen, tanks en fregatten. Maar een ding is zeker, zonder controle over die digitale omgeving, dat elektromagnetische spectrum, werkt het niet of in ieder geval niet goed."


Telecommunicatie is dus ook een voorbeeld van een sector met goede langetermijnperspectieven?

“Ja. Dit gebied is een van de grootste kwetsbaarheden van Europa. Is het oké dat een groot deel van onze mobieltjes of Chinees of Amerikaans is? En overal zijn jarenlang servers van Huawei gekocht. De haven van Hamburg draaide er volledig op. Is dat nou wel zo handig? Het antwoord is nee, dus ze zijn dat nu aan het veranderen. Maar het betekent ook dat je een Europese visie en een bedrijf – of groep van bedrijven – nodig hebt dat zelfstandig in staat is om die ruggengraat van het communicatiestelsel nieuw leven in te blazen. Dat is cruciaal, en voor defensie geldt precies hetzelfde.


Een situatie waarin Elon Musk Europa kan afpersen door het Starlink-systeem uit te zetten, kunnen en willen we nooit accepteren. Dat betekent dat Europa dan wel zo’n vierduizend low orbit satellites de ruimte in zou moeten schieten. We hebben de Ariane-raketten en ook de industrie om die satellieten te maken. Maar als we ze sneller nodig blijken te hebben, moet die defensie-industrie misschien wel in ploegendienst gaan werken. Ik denk dat er op het gebied van telecommunicatie voor een belegger op de lange termijn dus best geld te verdienen is. Als je investeert in alles wat gekoppeld is aan IRIS² (een door de EU geplande multi-orbit constellatie van internetsatellieten die naar verwachting medio 2031 gebruiksklaar is, red.), lijkt me dat voor een belegger helemaal niet verkeerd."


En infrastructuur?

“Jazeker. Er is ook zoiets als ‘military mobility’. Als we nu bijvoorbeeld een moderne tank in Rotterdam hebben staan, is het niet zo makkelijk die naar Oekraïne te brengen, want te groot en te breed voor bestaande spoornetwerken en te zwaar voor bruggen en wegen. Wat je op dat vlak doet, helpt ook de gewone economie. Het gaat nog verder. In een land als Israël wordt voortdurend over veiligheid nagedacht, en is veel zo gebouwd dat je bij schade extra capaciteit kunt inzetten, bijvoorbeeld voor energie. Naar dat soort dingen moeten we ook kijken. Een vijand houd je ook weg door er voor te zorgen dat hij weinig kan uitrichten om je samenleving te ontwrichten.


En misschien nog wel veel belangrijker dan geld: leuk dat ik pensioen krijg, maar als Rusland hier straks de baas is, heb ik daar verder niks aan. Je zult dus ook bereid moeten zijn om te investeren in iets wat veel fundamenteler is, namelijk onze vrijheid. Ik was dan ook blij te lezen dat Harmen van Wijnen van ABP ook zo lijkt te denken, of in ieder geval recent voorstelde dat de ‘S’ van ‘security’ misschien als extra letter toegevoegd zou moeten worden aan ESG.”

 

Foto: Van 1 november 2006 tot 1 mei 2007 voerde Van Loon het commando over het Regional Command South van de ISAF in Zuid-Afghanistan.

 


Dit artikel is niet bedoeld als beleggingsadvies.