Organisaties lijken steeds meer de waarde van citizen development in te zien. Zo ook APG. Een zogheten citizen developer is een medewerker die geen professionele ontwikkelaar is maar wel kleinschalige applicaties kan maken. George Drost, Maarten Lafeber en Iris Schipper vertellen hoe deze aanpak het werk makkelijker en leuker maakt. “De cultuur op de werkvloer verandert als mensen de kans krijgen om nieuwe dingen te leren.”
Wat moet je in je hebben om een citizen developer te worden? Het begint met nieuwsgierigheid, zegt George (Digital Lead). “Als een citizen developer repetitief werk doet, zal hij of zij benieuwd zijn naar een tool die dat werk makkelijker kan maken.” Je hoeft hiervoor geen diehard programmeur te zijn, vult Maarten (Strategist) aan. “Al helpt het wel als je enige affiniteit met data hebt. Ik had al wat ervaring met programmeren door m’n studie Financial Engineering. Maar ik denk dat tachtig procent van wat ik programmeer door iedereen kan worden gedaan. Het gaat erom dat je de tijd ervoor neemt en de wil hebt om het te doen. Ook is het belangrijk dat je niet bang bent voor verandering.”
DataCamp
Doordat er veel low code/no code-applicaties zijn, kun je volgens George ook zonder veel kennis van programmeren al aan de slag. George: “Als je er nog niet veel van weet, kan dat ook een trigger zijn om bijvoorbeeld een DataCamp-cursus te volgen." (DataCamp is een online learning-platform over data science, red.) Veel citizen developers beschikken vaak wel al over enige kennis van data en programmeren, bijvoorbeeld omdat ze er tijdens hun studie vakken in hebben gevolgd, zoals Maarten. Ook Iris (Junior Asset Management Professional) oefende tijdens haar studie Finance & Investment met programmeren. “Vooral bij het schrijven van m’n masterscriptie en voor het vak statistiek. Maar ik zou niet zeggen dat dat direct vertaalbaar is naar wat ik voor m’n werk doe.” Om haar kennis wat op te frissen, volgt ze nu de data scientist-cursus van DataCamp.
“Mijn manager moedigt me aan Python te leren,” vervolgt Iris. “Dat kan ik toepassen in mijn huidige opdracht, die zich richt op alternatieve data over de telecom- en mediasector. Die data moeten worden gevisualiseerd, zodat collega’s er snel informatie uit kunnen halen. Daarvoor schrijven we met behulp van Python een script, zodat de nieuwe data automatisch worden gevisualiseerd in een pdf-rapport.” Ze denkt dat ze binnenkort al de vruchten kan plukken van haar Python-kennis. “Ik moet er nog wat meer handigheid in krijgen, maar ik denk dat ik in de volgende opdracht van mijn traineeship snel dingen zie die efficienter of makkelijker kunnen. Dat is dan dankzij mijn DataCamp-training.”