Financiële sector op koers met uitvoering Klimaatakkoord

Gepubliceerd op: 4 november 2020

Ruim de helft van de Nederlandse financiële instellingen die de afspraken uit het Klimaatakkoord onderschrijven, waaronder ook APG, rapporteert al over de CO2-impact van leningen en beleggingen. Inzicht in de CO2-voetafdruk is een belangrijke stap voor het verminderen van de uitstoot om de opwarming van de aarde te beperken tot maximaal twee graden, zoals in Parijs is afgesproken.

 

De Nederlandse financiële sector ligt daarmee op schema om aan een van de belangrijkste verplichtingen van het klimaatakkoord te voldoen, aldus het eerste rapport van de Commissie Klimaatinzet Financiële Sector. In een reactie op het rapport schreef de Nederlandse minister van Financiën Wopke Hoekstra dat hij blij is dat Nederlandse financiële instellingen wereldwijd toonaangevend zijn op dit gebied.

 

Het rapport is opgesteld door adviesbureau KPMG, tegelijk met een raamwerk voor het rapporteren van CO2-impact en een overzicht van bestaande meetmethoden in de Nederlandse financiële sector. APG heeft aan deze documenten bijgedragen door onze expertise op dit gebied te delen.

 

Ervaringen delen

“Het is belangrijk om de ervaringen van verschillende partijen met het meten van de klimaatimpact van investeringen bij elkaar te brengen,” zegt Joost Slabbekoorn, duurzaamheidsspecialist bij APG. “Zo leren we van elkaar en werken we aan een methode die transparant en controleerbaar is. Dat is essentieel om vertrouwen te creëren en bij te dragen aan de klimaatdoelstellingen van Parijs.”

 

Wereldwijd gebruiken 57 financiele instellingen de PCAF-rekenmethode om de CO2-voetafdruk vast te stellen. APG is hiervan - samen met andere Nederlandse financiele instellingen - een van de initiatiefnemers. Hoewel de Nederlandse financiële sector in dit opzicht voorop loopt, stelt het rapport ook dat er nog een lange weg is te gaan naar vergelijkbare klimaatstandaarden en -doelstellingen. De belangrijkste uitdagingen zijn het bestaan van verschillende meetmethodes, het ontbreken van voldoende hoogwaardige data, en het mogelijk onderschatten van het belang van engagement (streven naar verbetering) met bedrijven waarin wordt belegd.   

 

Bredere scope

APG en haar klanten publiceren sinds 2015 de CO2-voetafdruk van beursgenoteerde aandelen; alle pensioenfondsklanten hebben CO2-reductiedoelstellingen voor de aandelenbeleggingen. Eerder dit jaar kondigde ABP aan de reductiedoelstelling aan te scherpen naar -40 procent in 2025 (in vergelijking met 2015). Vanaf het boekjaar 2020 zullen ook bedrijfsobligaties, vastgoed en private equity worden meegenomen in de berekening van de CO2-voetafdruk (samen goed voor meer dan de helft van het beheerde vermogen). Het doel is om klanten in staat te stellen uiterlijk in 2022 klimaatdoelen te stellen in lijn met ‘Parijs’.  

 

Het commitment van de Nederlandse financiële sector aan het Klimaatakkoord gaat verder dan alleen het verkleinen van de CO2-voetafdruk van de beleggingsportefeuille. Slabbekoorn: “Als grote beleggers hebben we meer mogelijkheden om bij te dragen aan het verlagen van de uitstoot in de reële economie. Dat kan door engagement – ook samen met andere investeerders – om bedrijven waarin we beleggen aan te moedigen om hun CO2-uitstoot te verminderen. Ook kunnen we investeringen in klimaatoplossingen, zoals hernieuwbare energie en CO2-besparende technologie.”